De surseance van betaling volgt op de faillissementsaanvraag van Imtech Duitsland, donderdag. Imtech heeft de afgelopen dagen met de banken geen overeenkomst weten te sluiten over extra financiering. Volgens de raad van bestuur en raad van commissarissen van Imtech was de aanvraag van uitstel van betaling daardoor onvermijdelijk.

„Het is zeer teleurstellend dat na alle inspanningen het niet mogelijk is gebleken om deze situatie te voorkomen. Door uitstel van betaling aan te vragen, kunnen we de kans vergroten dat aanzienlijke delen van Imtech door kunnen gaan in het belang van alle belanghebbenden en in het bijzonder onze werknemers”, aldus een verklaring van bestuursvoorzitter Gerard van de Aast en president-commissaris Frans Cremers.

Imtech levert, installeert en onderhoudt technische installaties voor onder meer gebouwen, schepen en infrastructurele projecten. Het concern telt wereldwijd ruim 22.000 werknemers.

„Een vreselijke mededeling”, zo noemt FNV-bestuurder Jan Meeder de jongste ontwikkeling. „De 4000 werknemers bij de Nederlandse onderdelen kijken natuurlijk met grote zorg naar de toekomst”, zegt hij. Hij benadrukt dat alles op alles moet worden gezet voor een doorstart.

Chris Baggerman van de RMU zegt in een reactie: „Ik neem aan dat de curator op heel korte termijn gaat bekijken of hij bepaalde delen failliet kan laten gaan om de gezonde te behouden. Ik verwacht dat het bedrijf in delen wordt geknipt.” De RMU doet een oproep aan het kabinet om het onderdeel Imtech Marine „uit strategisch belang te behouden voor Nederland.” Daartoe zouden opdrachten voor het bouwen van schepen voor de Koninklijke Marine naar voren moeten worden gehaald. Inmiddels heeft zich een mogelijke koper gemeld voor Imtech Marine. Pon Holdings wil samen met investeerder Parcom dit onderdeel overnemen, zo maakte Pon vandaag bekend. Pon en Parcom zijn naar eigen zeggen bereid om te zorgen voor „de benodigde investeringen.”

De gemeente Amsterdam hoopt op een doorstart van Imtech, dat betrokken is bij de bouw van de Noord/Zuidmetrolijn. Dat zei verantwoordelijk wethouder Litjens dinsdagmorgen.