Economie

Zondag verkent grenzen arbeidsrecht

Een nacht met slechts een enkel uurtje slaap kwam de afgelopen tijd meer dan eens voor. Het voorbereiden van zijn oratie kostte hem de nodige hoofdbrekens. Toch zit prof. mr. dr. W. A. Zondag er ogenschijnlijk fris als een hoentje bij. Op zoek naar de grenzen van het arbeidsrecht.

Sytse de Jong
2 March 2004 10:18Gewijzigd op 14 November 2020 01:00
GRONINGEN - De Groningse hoogleraar arbeidsrecht Zondag toont zich voorstander van samenwerking over de grenzen van het eigen territoir heen. „Door overspecialisatie weet men vaak niet wat er bij de buurman gaande is, laat staan dat er tijd is voor een ge
GRONINGEN - De Groningse hoogleraar arbeidsrecht Zondag toont zich voorstander van samenwerking over de grenzen van het eigen territoir heen. „Door overspecialisatie weet men vaak niet wat er bij de buurman gaande is, laat staan dat er tijd is voor een ge

„Tijdens het nadenken over het onderwerp ontstaan allerlei prachtige constructies. Staan die eenmaal op papier, dan komt het toch net weer iets anders over. Dan sla ik maar weer eens opnieuw aan het formuleren. Zo vliegt de tijd”, vertelt Zondag.

Het resultaat van stug doorwerken mag er zijn. Dinsdagmiddag sprak de dertigjarige hoogleraar arbeidsrecht zijn inaugurale rede uit aan de Rijksuniversiteit Groningen. ”De grenzen van het arbeidsrecht” luidt de titel. Dat is dan ook precies het doel dat prof. dr. Zondag komende jaren voor ogen staat.

„Ik houd van een multidisciplinaire benadering”, zegt hij in een gesprek naar aanleiding van zijn aantreden als hoogleraar. „Recht, ook arbeidsrecht, is een allesbehalve geïsoleerd verschijnsel. Het heeft raakvlakken met andere disciplines. Sociologie bijvoorbeeld, en economie. Die wisselwerking boeit me enorm. Ik ben van plan bruggetjes te gaan bouwen tussen verschillende vakgebieden.”

Dat het arbeidsrecht zelf een eigenstandige positie heeft, is een zaak die niet zonder slag of stoot is verlopen. In zijn oratie roept Zondag de moeite in herinnering die het juristen aan het einde van de negentiende eeuw kostte om de verhouding tussen werkgever en werknemer fatsoenlijk in het rechtssysteem te loodsen.

Ruim honderd jaar later zijn de arbeidsverhoudingen aanzienlijk veranderd. Toch staat de zelfstandigheid van het vakgebied niet ter discussie. Alleen al in Nederland kunnen arbeidsrechtjuristen putten uit een vijftal tijdschriften die de ontwikkelingen nauwkeurig volgen. Tegelijk toont Zondag zich voorstander van samenwerking over de grenzen van het eigen territorium heen. „Door overspecialisatie weet men vaak niet wat er bij de buurman gaande is, laat staan dat er tijd is voor een gedegen burenoverleg waaruit een gezamenlijk optrekken kan voortvloeien.”

Neem de uitspraak van de Hoge Raad dat werknemers zich redelijk dienen op te stellen als een werkgever wijzigingen in het arbeidscontract voorstelt. Dat is voor arbeidsrechtjuristen pur sang een tamelijk schokkende gedachte. Als zij echter de moeite nemen even een bedrijfseconomische bril op te zetten, zullen ze beseffen dat wendbaarheid een normale vereiste is voor hedendaags werknemerschap.

Ook binnen de rechtswetenschap zelf kan het verfrissend werken de eigen specialistische koker eens te laten voor wat die is. Zondag: „Rechtsgebieden kunnen veel van elkaar leren, veel meer dan vaak wordt gedacht.” Het stukje bij beetje toegroeien van het ambtenarenrecht naar het ’gewone’ arbeidsrecht is een vergaand voorbeeld van waartoe zo’n proces kan leiden.

Er zijn zo veel andere raakvlakken te noemen, dat het clubje medewerkers van Zondag de handen meer dan vol zal hebben aan de voorgenomen grensverleggende activiteiten. Wat doet een ambitieuze hoogleraar dan? Die komt met een eigen instituut voor grensverkennend arbeidsrecht. Ook zijn voormalige werkgever Erasmus Universiteit Rotterdam participeert hierin, maakte hij vanmiddag bekend. „We zullen ons gaan profileren door middel van een herkenbaar onderzoek.”

Naamgever voor het instituut is de voormalige Groningse hoogleraar H. L. Bakels, een van de beeldbepalende figuren in het Nederlandse arbeidsrecht. Aan Zondag de opdracht voort te bouwen op zijn arbeid: „Eventueel kunnen we bij een te vieren jubileum de tussenstand opnemen om bij het afscheid -hopelijk pas over 35 jaar- de eindbalans op te maken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer