Dutchbatcommandant blikt terug op zwarte bladzijde
Machteloos, woedend, gefrustreerd. Zo beschrijft oud-pelotonscommandant Philip Messak (50) uit Assen de gevoelens van Dutchbat III bij de val van Srebrenica. „Beveiliging van de enclave was een mission impossible.” De kapitein b.d. ziet niet om in wrok. „Ik wil niet in de slachtofferrol blijven hangen.”
Januari 1995. De derde lichting Nederlandse blauwhelmen vertrekt richting Bosnië. Zwaarbewapende Serviërs en Bosnische moslims raken regelmatig slaags in de regio. Nederlandse troepen moeten in dit kruitvat –onder VN-vlag– de orde handhaven.
De Unproformilitairen hebben opdracht de Bosnische enclave Srebrenica, midden in vijandelijk Servisch gebied, te beschermen. Op 11 juli 1995 lopen de Servische strijdkrachten de enclave onder de voet en vermoorden later zeker 8000 Bosnische moslimmannen en -jongens.
Messak, oud-commandant van een beveiligingspeloton van Dutchbat III, blikt terug op deze zwarte bladzijde in de Nederlandse geschiedenis. De vmbo-directeur op de christelijke scholengemeenschap Vincent van Gogh in Assen heeft donderdag het boek ”Man met een missie” (uitg. Ga Creatief, Meppel) gepresenteerd over deze periode. Zaterdagmiddag vindt –twintig jaar na dato– opnieuw een nationale Srebrenicaherdenking plaats op het Plein in Den Haag.
Met welk idee ging u op missie?
„Wij wisten dat ons een lastige opdracht wachtte. De Serviërs en de Bosniërs lieten blauwhelmen toe, op voorwaarde dat deze slechts lichtbewapend zouden zijn. Wij moesten de strijdende partijen in Bosnië scheiden en de enclave beveiligen. Afschrikken door aanwezig te zijn.”
Wat trof u aan?
„Kapotgeschoten huizen, vol kogelgaten. Mensen liepen gelaten rond. In de enclave heerste anarchie, het recht van de sterkste gold. Daartussenin moesten wij patrouilleren, ons werk doen.”
Op 11 juli 1995 vallen de Serviërs de enclave binnen met een overmacht aan tanks en zware wapens. Dutchbat krijgt opdracht de observatieposten op de randen van de enclave te verlaten. De blauwhelmen rest niets dan zich terug te trekken. Bij de terugtrekking vindt een Nederlandse militair de dood door Bosnisch vuur. Velen malen vraagt Dutchbat vergeefs om luchtsteun. De enclave valt.
Hoe hebt u de val ervaren?
„Ik zat in Zagreb, omdat wij geen toestemming kregen terug te keren naar de enclave. De spanning liep op. De Serviërs sloten de enclave hermetisch af. We kregen geen ”clearance”, niemand mocht er meer in of uit. De Serviërs hielden alle konvooien tegen, zelfs een VN-voedselkonvooi. In de enclave ontstond vrij snel een tekort aan voedsel. Inwoners raakten gedemoraliseerd door gebrek aan eten. Militairen hebben maandenlang op noodrantsoenen geleefd. Wij voelden ons machteloos, gefrustreerd, woedend. De Serviërs beheersten echter alles.”
De Nederlandse militaire uitrusting was verre van optimaal.
„Klopt. Door het uitblijven van bevoorrading was onze munitie vrijwel op. Kogels raakten door het laden en ontladen in regen en kou los van de huls. Vervangende munitie was er niet. Ook de brandstof was nagenoeg op. We moesten daarom het aantal bereden patrouilles tot een minimum terugschroeven. Om de aggregaten voor de communicatieapparatuur met het hoofdkwartier aan de praat te houden, werd er brandstof uit pantservoertuigen getapt.”
Hoe voelt dat?
„Het geeft een ontredderd gevoel. Een soldaat is echter niet voor één gat te vangen. Militair kijken naar de middelen die ze nog wel hebben. Geen brandstof? Dan gaan we toch te voet op patrouille om de opdracht binnen ons vermogen uit te voeren. Zo werkt dat in het leger.”
De Serviërs laten de Nederlandse VN-militairen grotendeels ongemoeid. De blauwe baretten weten enkele dagen later de enclave veilig te verlaten. „De opluchting onder de vermagerde Nederlandse militairen was groot”, vertelt de oud-pelotonscommandant. De militairen bouwen in Zagreb een feestje. „We waren uitgelaten.”
Later, pas veel later, pas na terugkomst in Nederland, dringt het schokkende wereldnieuws door. De Serviërs blijken zo’n 8000 moslims in hun vlucht uit de enclave te hebben vermoord. De eerste genocide sinds de Tweede Wereldoorlog.
Voelt u zich verantwoordelijk voor de dood van die 8000 moslims?
„Nee. Wij hebben totaal niet meegewerkt aan deze moordpartij. De Nederlandse militairen hebben hun stinkende best gedaan om alles in de enclave in goede banen te leiden. De moslimbevolking is in bussen afgevoerd. Wij hadden geen idee dat de Serviërs een slachtpartij aan het voorbereiden waren. Niemand hield daar rekening mee. Niemand. Het heeft zich volledig buiten ons gezichtsveld afgespeeld. De VN, de Nederlandse blauwhelmen hadden totaal niets te vertellen. De Serven beheersten alles.”
Nederland pakte een VN-missie op die geen enkel ander land aandurfde. Militairen werden veel te licht bewapend op pad gestuurd. Is dat niet vragen om problemen?
„Nederland wilde zich laten zien. De gedachte was dat alleen onze aanwezigheid voldoende afschrikwekkend zou zijn. Dutchbat kón de enclave niet verdedigen, maar dat was onze opdracht ook niet. Wij waren niet zwaar bewapend, omdat de Serviërs en de Bosniërs dat niet wilden. Achteraf, maar dat is achteraf, was onze bewapening inderdaad onvoldoende.”
Legertop en kabinet moeten de risico’s daarvan toch vooraf inschatten? Verwijt u hen iets?
„Ik verwijt niemand iets. Kabinet, politici en de hogere legerleiding hebben deze missie op zich genomen. Ik ga ervan uit dat ze ons weloverwogen, met zuivere intenties, op pad hebben gestuurd.”
Daarmee kan het nog wel een naïef besluit zijn geweest.
„Ja, dat zou kunnen.”
Geen enkel land durfde deze missie aan. Dat is toch veelzeggend?
„Ik kan me niet voorstellen dat de legertop en het kabinet onverantwoorde risico’s hebben genomen. Minister Voorhoeve van Defensie moest het destijds ook doen met de informatie die hij had.”
Deze aanpak heeft uiteindelijk wel 8000 man het leven gekost.
„De internationale gemeenschap had zich dat risico moeten realiseren. Maar hoe naïef het misschien ook klinkt, niemand had dit verwacht. We wisten bij vertrek uit Bosnië niet eens dat er 8000 moslims waren vermoord.”
Vele verzoeken van Dutchbat om luchtsteun zijn geweigerd. De VS, Engeland en Frankrijk hadden hierover een geheime deal gesloten, zo bleek vorige week. Voelt u zich verraden?
„Ik voel me niet verraden, ik neem dit voor kennisgeving aan. Voor mij is dit geen nieuws. Wij wisten al jaren dat er een spel werd gespeeld. Er zijn hogere belangen geweest, ten koste van 8000 moslim én ten koste van Dutchbat. Wij wisten alleen niet door wie. Nu zijn er bewijzen. Veel militairen zijn getraumatiseerd. Als deze onthulling van de toedracht hen kan helpen dit trauma te verwerken, is dat mooi. Er zijn vele dingen gebeurd die –achteraf gezien– anders hadden gemoeten. Maar achteraf is het ook wel heel gemakkelijk praten.”
Nederland weigerde inlichtingen over Bosnië met bondgenoten te delen. Heeft Nederland niet over zichzelf afgeroepen dat zij deze inlichtingen ook niet wilden delen?
„Dat is speculeren. Ik ben daar niet bij geweest. Het zou inderdaad veel beter zijn geweest als we informatie hadden kunnen delen. Het is echter gegaan zoals het is gegaan. Ik kan dat niet terugdraaien. Nederland heeft wel van Srebrenica geleerd. Defensie en politici bereiden missies beter voor, terwijl Defensie volgens mij altijd een exitplan voorbereidt.”
Wie is er uiteindelijk verantwoordelijk voor deze zwarte bladzijde?
„We zijn met z’n allen, de hele internationale gemeenschap, verantwoordelijk. Dutchbat III heeft alles gedaan met de aan ons beschikbaar gestelde middelen. Meer konden we niet. Ik kan zonder schuldgevoel in de spiegel kijken. Het is gelopen zoals het is gelopen. Echt, niemand had dit kunnen bedenken.”
Na terugkeer in Nederland heeft Dutchbat een storm van kritiek over zich heen gekregen. Terecht?
„De publieke opinie keerde zich tegen ons: „Hadden ze niet meer kunnen doen?” „Ze verschuilen zich achter de VN.” „Het zijn lafaards.” Als je een militair in zijn ziel wilt raken, moet je dit soort dingen zeggen. De media hebben Dutchbat neergezet als zondebok. De hoon achteraf heeft ontzettend zeer gedaan. Het voelt alsof je beste vriend je verraadt en je ook nog een dolksteek in de rug geeft. Dutchbat III treft geen blaam. Wij hebben ons uiterste best gedaan.”
U hebt deze zwarte bladzijde aardig verwerkt. Hoe is dat gelukt?
„Na de uitzending was ik boos, chagrijnig, niet te genieten. Mijn vrouw heeft me een wake-upcall gegeven: Wil je zo doorgaan of ben je bereid te vechten voor mij en de kinderen? Dat is voor mij de omslag geweest. Ik heb, met vallen en opstaan, de knop omgezet.
Ik heb moeten leren incasseren, doorzetten, omgaan met onzekerheid, geloven in mijzelf. Ik besloot na mijn uitzending nooit meer slachtoffer te willen zijn, maar de regie over mijn leven te willen houden. Ik wil niet in een slachtofferrol, niet in de schuldvraag blijven hangen. Ik heb ontdekt dat er belangrijker dingen in het leven zijn.”
Wat is voor u het belangrijkste in het leven?
„Twee woorden resoneren daarbij: dienen en inspireren. Ik heb veel geleerd tijdens mijn uitzending, hoe erg het ook was. Het was achteraf een mission impossible. Ik kan dat verleden niet veranderen, maar wel mijn toekomst beïnvloeden door ervan te leren en het verleden een plek te geven.
Als schooldirecteur mag ik mijn ervaringen, hoe pijnlijk ook, inzetten. Door jongeren die het niet meer zien zitten te helpen de regie weer in hun leven te nemen. Of aandacht te geven aan mensen in bijvoorbeeld Bangladesh, die het minder hebben dan wij. Daar zet ik me, samen met docenten en leerlingen, graag voor in.”
Bewapening
„Vanaf het begin al had hij zorgen over hun bewapening. Zo had hij al eerder met verbazing ontdekt dat de oorspronkelijke boordkanonnen op de pantserwagens waren vervangen door de lichtere .50 mitrailleurs waarmee je bij wijze van spreken alleen de verf van Servische pantservoertuigen kon beschadigen.”
Citaat uit ”Man met een missie”
Granaataanval
„Wat me nog steeds verbaast, is waar die bussen zo snel vandaan kwamen om de vluchtelingen af te voeren. Het ging niet om een paar bussen, maar om een eindeloze stoet. Dat regel je niet in een uurtje. Het leek een goed voorbereide operatie, Philip. (…) Vrouwen protesteerden toen hun mannen in aparte bussen werden gezet. We konden dat niet verhinderen.”
Citaat uit ”Man met een missie”
Protesten
„De blauwhelmen kregen van de Serven 10 minuten de tijd om de OP te verlaten. Al na 7 minuten schoot een tank een granaat op de OP af, waardoor de helft van de verdedigingswal in één keer was verdwenen. De situatie was onhoudbaar. Een handjevol blauwhelmen met lichte wapens tegenover een zwaarbewapend Servisch leger, met tanks, kanonnen en mortieren.”
Citaat uit ”Man met een missie”