In totaal 1323 ondernemingen legden woensdag de aandelenhandel stil. In Shanghai was dat het geval bij 353 bedrijven, of 32 procent van alle noteringen. Op de beurs in Shenzhen waren dat er 970, of 55 procent van het totaal aan genoteerde bedrijven.

De Shanghai Composite Index, waar ook buitenlandse beleggers actief zijn, stond tussentijds bijna 4 procent in het rood en ligt daarmee op koers om op het laagste peil sinds half maart te sluiten. Bij opening kelderde de index nog zo’n 8 procent. De beurs in Shenzhen verloor 3,3 procent.

De Chinese overheid heeft inmiddels nieuwe maatregelen, zoals het leveren van liquiditeit, aangekondigd om de markten te ondersteunen. Die volgen op eerder genomen stappen als verplichte aandeleninkopen door staatsgerunde fondsen, het verbieden van beursgangen en nieuwe aandelenuitgiftes en renteverlagingen.

Chinese aandelen zijn sinds medio juni gemiddeld bijna een derde minder waard geworden. Maandag leken de koersen even te stabiliseren, nadat de overheid al nieuwe maatregelen had aangekondigd om de aanhoudende koersdalingen te stoppen, maar dinsdag ging de markt opnieuw onderuit.

Een verklaring toen van premier Li Keqiang, waarin hij probeerde zorgen over de economie weg te nemen, zorgde volgens kenners juist voor meer onrust omdat hij niets zei over de situatie op de beurzen. „De autoriteiten hebben niet alleen gefaald in het stabiliseren van de situatie, ze hebben feitelijk het paniekniveau verhoogd”, aldus een vermogensbeheerder.