Duizenden nieuwe banen voor docenten
DEN HAAG. Het hoger onderwijs krijgt er de komende tien jaar zo’n 4000 extra docenten bij. Dat staat in de visie van het ministerie van onderwijs voor het komende decennium. Het geld dat daarvoor nodig is komt uit het leenstelsel, dat komend collegejaar ingaat voor nieuwe studenten. De basisbeurs, die eerst een gift was, wordt nu een lening. „Studenten gaan dus lenen, of meer lenen dan ze nu doen, en krijgen daar beter onderwijs voor terug”, zegt minister Jet Bussemaker (Onderwijs).
De komende tien jaar moeten er 2500 extra banen komen voor docenten in het hbo en 1400 extra docenten op universiteiten. Dat is bijna 15 procent meer dan nu. Op die manier zijn er meer docenten per student, want het aantal studenten gaat de komende tien jaar niet in dezelfde orde van grote toenemen, is de verwachting. „Zo is er meer ruimte voor persoonlijke aandacht en begeleiding”, aldus de minister. Grote collegezalen, zoals waar ze dinsdag haar strategische agenda presenteerde, worden minder gebruikt in de toekomst.
De vakbond voor onderwijspersoneel AOb noemt de plannen echter „een slag in de lucht”. „Minister Jet Bussemaker belooft extra docenten, maar garandeert niet dat hogescholen en universiteiten het extra geld dat ervoor wordt uitgetrokken ook daadwerkelijk hieraan besteden”, zegt AOb-bestuurslid Douwe van der Zweep. Het ministerie zou volgens de vakbond betere financiële spelregels moeten opstellen.
De studentenorganisaties zijn wel te spreken over de onderwijsplannen. „Met zoveel extra docenten kunnen grote stappen worden gezet richting kleinschaliger en intensiever onderwijs en meer begeleiding voor studenten”, aldus de Landelijke Studentenvakbond (LSVb) in een reactie.
Studentenorganisatie ISO zet nog wel een aantal vraagtekens bij de uitvoerbaarheid. „Van de extra docenten wordt veel verwacht, bijvoorbeeld op het gebied van vernieuwende onderwijsmethoden en didactiek. Hierdoor moeten zij op een andere manier les gaan geven en dat gebeurt niet vanzelf”, zegt ISO-voorzitter Linde de Nie. „Die visie is mooi, maar tussen droom en daad bestaan natuurlijk grote verschillen”, zegt De Nie.
De koepelorganisaties van hogescholen en universiteiten zijn overwegend positief over de onderwijsplannen.