Afgezanten van de Haïtiaanse regering kwamen donderdag in Parijs aan voor gesprekken vrijdag met de Franse minister van Buitenlandse Zaken, Dominique de Villepin. Het is de bedoeling dat ook leden van de politieke oppositie naar Parijs komen, maar zij zouden niet in staat zijn het Caribische land te verlaten, omdat er geen vliegtuig beschikbaar is.

De Villepin heeft zich uitgesproken voor het aftreden van president Jean–Bertrand Aristide. Hij voerde hierover gesprekken met VN–chef Kofi Annan en zijn Amerikaanse en Canadese collega’s, respectievelijk Colin Powell en Bill Graham.

Gewapende bendes die stellen trouw te zijn aan Aristide, maken ondertussen de Haïtiaanse hoofdstad Port–au–Prince onveilig met barricades, plunderingen en gewelddaden. De stad wordt vanuit het noorden belaagd door bendes die stellen uit te zijn op Aristides val.

De Haïtiaanse rebellenleider Guy Philippe wil dat president Jean–Bertrand Aristide voor hoogverraad wordt berecht. De voormalige politiechef zei dat in een interview met het Franse persbureau AFP. Philippe staat aan het hoofd van ongeveer 150 rebellen. Hij liet weten dat hij zaterdag zijn 36ste verjaardag in Port–au–Prince wil vieren. Volgens hem hebben zijn mannen de stad al bijna omsingeld. De rebellenleider zei dat de aanval op Port–au–Prince nog niet is ingezet, omdat hij de internationale bemiddelingspogingen nog een kans wil geven.

Mildred Aristide, de vrouw van de president, riep de internationale gemeenschap op in te grijpen. Ze gaf toe dat ze haar kinderen naar het buitenland heeft gestuurd.