Dat blijkt uit een onderzoek van Research International, dat opdrachtgever Aegon donderdag heeft gepresenteerd. Uit de rondgang komt naar voren dat bijna eenderde van de werknemers van 45 tot 60 jaar in een deeltijdbaan langer aan de slag wil blijven dan eerder gepland.

Zelfs tweederde van de oudere werknemers wil erover denken om de laatste jaren van hun carrière te blijven werken via een zogenoemd deeltijdpensioen. In deze opzet gaan werknemers met een voltijdsbaan enkele jaren voor hun 65e minder werken en vullen zij hun salaris aan door alvast op hun eigen pensioenpot in te teren.

Zonder een deeltijdregeling wil het overgrote deel van de werkende Nederlanders het liefst stoppen op of voor de 60e verjaardag. Driekwart van hen zal waarschijnlijk ook gewoon eerder ophouden als het kabinet de regelingen voor vroegpensioen aanpakt.

Verzekeraar Aegon, die ook pensioenen beheert, stelt in een reactie dat het kabinetsbeleid om vroegtijdig stoppen moeilijker te maken met belastingmaatregelen niet werkt. Het concern vindt dat het personeel juist moet worden gestimuleerd om langer aan de slag te blijven, bijvoorbeeld via een deeltijdpensioen. „Tot 65 jaar doorwerken is niet af te dwingen. Werkgevers zouden daar rekening mee kunnen houden in hun arbeidsvoorwaardenpakket."

Ook de FNV noemt de fiscale ontmoediging van vroegpensioen om ouderen aan het werk te houden „een misvatting". Vice–voorzitter K. Roozemond van de vakcentrale pleit voor meer aandacht voor een zogeheten levensloopbeleid. Daarbij wordt onder meer de route die iemand gedurende zijn arbeidzame leven aflegt, uitgestippeld. Op die manier kan hij ook aan het einde van de rit nog meedraaien in een bedrijf.

VNO–NCW ziet eveneens heil in een goede levensloopregeling. In dat geval kan iemand kiezen om tegen het einde van de carrière minder te werken, aldus G. Dolsma, secretaris sociale zaken van de werkgeversorganisatie. „Deeltijdwerken is daarbij een optie. Zeker voor oudere werknemers, maar ook voor jongeren."

De overheid kan het niet maken om vroegpensioen ineens onaantrekkelijk te maken voor oudere werknemers, vindt VNO–NCW. Jongeren daarentegen moeten zich er wel op voorbereiden dat zij niet fiscaal gunstig met vroegpensioen kunnen.

Werknemers van 45 jaar en ouder willen weliswaar graag tijdig met pensioen, ze begrijpen ook dat er langer gewerkt moet worden om de oudedagvoorziening betaalbaar te houden. Het pensioenstelsel komt onder druk te staan door de vergrijzing.

De voornaamste reden om langer aan de slag te blijven is voor veel werknemers hun vrees om krap bij kas te komen na de pensionering. In totaal verwacht tweevijfde van de ondervraagden na het pensioen onvoldoende geld over te houden om van rond te komen. En dat terwijl de groep ondervraagde werknemers er momenteel warmpjes bijzit. De betrokken werknemers hebben al een behoorlijke carrière achter de rug en vallen voor een groot deel nog onder een gunstige pensioenregeling, op basis van hun laatstverdiende loon.