LEI: Supermarkt maakt geen winst over de rug van de boer
DEN HAAG. Het idee dat boeren en tuinders geen ”eerlijke” prijzen voor hun producten krijgen, is onterecht. Supermarkten, tussenhandel of verwerkers behalen geen extra winst over de rug van de primaire producenten.
Dat staat in het dinsdag verschenen Landbouw-Economisch Bericht van het sociaaleconomisch onderzoeksinstituut LEI Wageningen UR.
Het LEI deed vorig jaar in opdracht van kartelwaakhond ACM onderzoek naar de verdeling van de brutomarges in de voedselketen. Gekeken is hoeveel cent van elke euro die een consument aan voedselproducten uitgeeft, naar welke schakel in de keten gaat. Deze zogeheten brutomarge bestaat uit kosten plus winst.
Globaal ontvangt de boer of tuinder bij acht onderzochte producten 20 tot 30 cent van de ”consumenteneuro”. Uitschieters naar beneden zijn brood (14 cent) en uien (16 cent), een uitschieter naar boven zijn de eieren (43 cent). Supermarkten ontvangen tussen de 39 (aardappelen) en de 68 cent (uien).
Brutomarges zeggen echter niets over de gemaakte kosten voor bijvoorbeeld arbeid, verpakken, gebouwen, transport en energie. „De nettowinst per eenheid product per schakel is dus niet te berekenen”, aldus het LEI.
Het onderzoek heeft evenmin aanwijzingen opgeleverd voor misbruik van marktmacht door bijvoorbeeld supermarkten. Hoewel boeren dat soms denken, blijken supers hogere prijzen voor producten „zelden” sneller door te berekenen naar de consument dan dat ze dat met prijsdalingen doen.