Asscher: terugbetalen boete is zaak gemeente
AMSTERDAM (ANP). De gemeente Amsterdam wil onterecht hoge boetes voor uitkeringsfraude gaan terugbetalen. Minister Lodewijk Asscher (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) heeft daar geen problemen mee, maar hij vindt het wel raar dat de gemeente naar hem komt met de rekening van deze operatie.
Gemeenten kunnen zelf besluiten om terug te komen op hun eigen boetes, aldus Asscher. „Die boetes hebben ze zelf geïnd, dus het is op z’n minst merkwaardig dat ze een onverplichte terugbetaling bij het Rijk in rekening willen brengen.”
Asscher reageert maandag op het bericht dat Amsterdam alle boetebesluiten uit 2013 en 2014 die te maken hebben met uitkeringsfraude gaat herzien. De boetes waren gebaseerd op de fraudewet die in 2013 was ingevoerd. Na onder meer scherpe kritiek van de Nationale ombudsman en een uitspraak van de rechter versoepelde het kabinet de wet eind vorig jaar. Sinds 24 november wordt meer rekening gehouden met de ernst van de overtreding, de verwijtbaarheid en de omstandigheden van de uitkeringsgerechtigden.
Gevolg is ook dat oude boetebesluiten, die nog openstaan voor bezwaar, opnieuw worden bekeken. Besluiten die al onherroepelijk waren en dus al waren betaald, hoeven van Asscher niet alsnog te worden bekeken.
Maar de gemeente Amsterdam heeft nu besloten ook díe boetes weer te gaan bekijken. Amsterdammers die een onterecht hoge boete hebben gekregen en betaald, krijgen dat bedrag terug. In totaal herziet de gemeente in de komende tijd 467 boetebesluiten. De totale kosten, inclusief het terugbetalen, kunnen oplopen tot ongeveer 1 miljoen euro.
De Amsterdamse SP-wethouder Arjan Vliegenthart roept met een tiental andere wethouders uit het land Asscher op om gemeenten daarvoor te compenseren. Als de overheid een fout maakt, dient zij die ook te corrigeren’’, schrijft Vliegenthart maandag in een open brief In NRC Handelsblad. „Het zou Asscher sieren wanneer hij gemeenten financieel in staat stelt met terugwerkende kracht uitkeringsgerechtigden die onbewust een fout hebben gemaakt, te compenseren voor de onterecht torenhoge boetes die zij hebben gekregen.”