Kerk & religie

Slaapplaats

Daniël 12:13

Aalt Gerritsz. van Dijkhuizen
26 June 2015 09:01Gewijzigd op 15 November 2020 19:59

„Maar gij, ga heen tot het einde, want gij zult rusten en zult opstaan in uw lot, in het einde der dagen.”

Wanneer Daniël eenmaal heengegaan zou zijn en gekomen aan het einde van zijn moeitevol leven, dat vol van strijd was, zou hij vooreerst rusten, of sabbat houden, namelijk na zijn werk hier op aarde te hebben volbracht. Onder deze bewoording worden in de Bijbel meermalen de heuglijke verlossing en de heilrijke geluksstaat beschreven die de vromen na hun dood terstond deelachtig worden, in tegenstelling tot de arbeid en de moeite, de strijd en het lijden van dit tegenwoordige leven. Wanneer zij hiervan bij hun sterven ten enenmale bevrijd worden, rusten zij naar het lichaam in het graf, waar ook zij met alle anderen heengaan. Zij rusten daar, als op hun slaapplaats, uit van hun arbeid, moeite en zorgen (Jesaja 57:2) en hun zielen rusten bij God in een staat van ongestoorde vergenoeging en blijdschap, waarin zij al de vorige moeite vergeten en die gedenken als de wateren die voorbijgegaan zijn, terwijl zij dan al genieten die eeuwige rust die overblijft en te wachten staat voor het volk van God. Zalig zijn dus de doden die in de Heere sterven, van nu aan! Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid. Ook voor Daniël inzonderheid, die zo’n moeitevol leven gehad en zo veel onrust gesmaakt had, was deze goede tijding zo verkwikkend als een beker koud water voor een vermoeide ziel.

Aalt Gerritsz. van Dijkhuizen, predikant te Ouddorp

(”De wachter op Sions muren”, 1855)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer