Een plein voor „Duitse theoloog” Maarten Luther in Rome
ROME. Ruim 500 jaar na zijn verblijf in Rome krijgt Maarten Luther erkenning in de pausstad. De burgemeester en wethouders –niet de paus– hebben onlangs besloten dat in september een pleintje in de binnenstad van Rome naar Luther wordt vernoemd.
Nu moet je je het toekomstige Maarten Lutherplein niet voorstellen als een druk verkeersplein dat bijvoorbeeld de Sint-Pieter met de Sint-Jan van Lateranen verbindt, twee basilieken die Luther zeker heeft bezocht toen hij in de winter van 1510 in Rome verbleef. In het Lateranen beklom hij op zijn knieën onder meer de 28 treden van de zogenaamde heilige trap om voor het zielenheil van zijn opa te bidden. Maar bovenaan gekomen, kreeg Luther de ingeving: „Quis scit an verum” („Maar zal het waar zijn?”).
Luthers naam zal verbonden worden aan een pleintje in het stadspark Colle Oppio – dus verkeersvrij, op ruim 100 meter van het Colosseum. Een prachtige plek. „Maarten Luther?” vraagt een man die op de lage trappen van een fontein zit. „Was dat niet een monnik?” Dat was Luther inderdaad, een augustijner kloosterling. De latere hervormer was naar Rome gekomen om een oplossing te zoeken voor een geschil tussen de augustijner kloosterorde en de Romeinse curie.
Dat Luther meer was dan een theoloog en voormalige monnik zal ook in de toekomst niet aan de grote klok in Rome hangen. De gemeente heeft de tekst op het straatnaambordje al bepaald: ”Piazza Martin Lutero – Duits theoloog (1483-1546)”. Geen woord over de Reformatie die Luther begon. Geen woord over de paus die hem in 1521 in de ban deed.
De man aan de fontein –die nota bene Agostino (Augustinus) heet– weet het ineens weer. „Maar natuurlijk, Luther! Ik zie zijn gezicht nog zo voor me. Toen ik kind was, vergaarden we plaatjes voor in een verzamelalbum. Nu zijn het voetbalplaatjes, maar in mijn tijd waren we op zoek naar plaatjes voor de reeks ”Uomini Illustri” (beroemde mannen).”
Het plein is cirkelvormig, met in het midden de fontein. Agostino meldt, en Wikipedia bevestigt het, dat dit de Mandenfontein is, die zo heet wegens de straaltjes water die elkaar kruisen, zoals de vlechten van een mand. Er staan amforen op de hoeken, waarvan sommige zijn gebroken. De fontein is geheel zonder water. „Toen ik jong was verfristen we ons in deze fontein”, vertelt Agostino, die zo’n vijftig jaar moet zijn.
„Maar”, zegt hij, plotseling bezorgd. „Wanneer wordt het plein ter ere van Luther ingewijd? In september? Dan moet de gemeente hier snel de boel aan kant maken.” Het onderhoud laat inderdaad te wensen over. Ook de vegetatie gaat haar –weliswaar prachtige– gang. Het plein biedt een mix van pijnbomen, eiken, cipressen, oleanders en palmen, plus mirte- en laurierstruiken. „En kappertjesplanten”, vertelt Agostino. Hij wijst naar een muur met oud Romeinse metselwerk waar bloeiende struiken te zien zijn. „Maar als ze niet worden gesnoeid, zoals nu, maken de wortels de antieke muren kapot.”
Die muren vormen onderdeel van de resten van een badhuis, de Thermen van Trajanus. En die staan weer op de plek waar ooit het Gouden Huis van keizer Nero stond. Nero staat bekend om de christenvervolging. Die symboliek kan ons maar beter ontgaan.