De daling is onder meer te wijten aan het koude, droge voorjaar. Daardoor was minder voedsel beschikbaar.

Sinds 1960 is meer dan 60 procent van de weidevogels verdwenen door de intensivering van de landbouw. Volgens de boswachters dreigen zij uit te sterven in Nederland. „Met name de grutto - hét icoon van het oud-Hollandse polderlandschap - is echt een zorgenkindje geworden”, aldus de boswachters.

Staatsbosbeheer voert een beleid van ‘kuikenoverleving’. Daarbij wordt ernaar gestreefd de kuikens voldoende rust en voedsel te geven voor ze ‘vliegvlug’ worden. Daarvoor moet soms het maaien van weides voor de graswinning worden uitgesteld. Ook zijn er in het Groene Hart drie zogeheten kerngebieden die speciaal voor weidevogels zijn ingericht: de Donkse Laagten in het Zuid-Hollandse Molenwaard, de Reeuwijkse Plassen en De Wilck bij Hazerswoude.