Kerk start school voor Sudanese vluchtelingen
CAÏRO. Verdreven uit je land door een oorlog en geen Egyptische school die je accepteert vanwege je onderwijsachterstand. Dat is het lot van veel Sudanese vluchtelingen die in buurland Egypte aankomen. Maar kinderen van vijf tot negen jaar krijgen nu een eigen school, onder de paraplu van de anglicaanse kerk St. Michael and All Angels in Caïro.
De school zal St. Rafael gaan heten en start deze maand. „Onze kerk is vernoemd naar Michael, de eerste aartsengel. Ons centrum heet St. Gabriel en nu is de naam van de engel Rafael aan de beurt”, vertelt initiatiefnemer Shawgi Butrus Kawa Kori terwijl hij de trappen van de school in wording oploopt.
Kori werkte als taalassistent voor de Verenigde Naties, totdat hij in 2012 noodgedwongen zijn land Sudan moest verlaten. Nu is hij directeur van het St. Gabriel in Caïro, een centrum van St. Michael and All Angels, waarvan de Nederlander Jos Strengholt voorganger is. Het centrum voorziet onder meer in medische hulp en organiseert jeugdactiviteiten voor Sudanese vluchtelingen in de omgeving van ”Kilo 4.5”. Deze buurt is gelegen op 4,5 kilometer afstand van de snelweg van Caïro naar Suez.
In veelal illegaal gebouwde flats wonen vooral Sudanese vluchtelingen uit het Nubagebergte, een bergketen in de Sudanese provincie Zuid-Kordofan, waar Shawgi Kori ook vandaan komt.
Nauwe straatjes
De school komt in een flatgebouw in de buurt van St. Gabriel. Een taxi heeft slechts vijf à tien minuten nodig om door de stoffige nauwe straatjes van de ene plek naar de andere locatie te rijden.
De buitenkant van het gebouw niet vermoeden dat hier een school wordt geopend: een naambordje ontbreekt en ruimte voor een schoolplein is er zeker niet. Vanbinnen valt het qua ruimte reuze mee. Weliswaar is ligt er overal nog zand, stenen en cement, het appartement met de vele kamers biedt voldoende mogelijkheden om te worden omgetoverd in een basisschool.
In een kantoor van de anglicaanse kerk vertelt Shawgi Kori over de noodzaak van de school. „Sommige ouders vroegen me of het niet mogelijk was om een eigen school op te richten, met een Sudanees lesprogramma. Als je eenmaal de status van vluchteling hebt, is het erg moeilijk om je aan te melden voor een Egyptische regeringsschool. En de Egyptische privéscholen zijn onbetaalbaar.”
Er zijn wel een paar scholen in Caïro voor Sudanese vluchtelingen, maar die zijn Engelstalig terwijl de meeste kinderen Arabisch spreken. „Ze maken bovendien gebruik van onervaren onderwijzers, die vaak lesgeven uit Amerikaanse boeken. Wij gebruiken liever Sudanese schoolboeken die bij de tijd zijn. Die krijgen we van het Sudanese ministerie van Onderwijs.”
Vruchten oogsten
Het doel van de nieuwe school is de vaak getraumatiseerde vluchtelingenkinderen een toekomst te bieden. „We willen niet alleen voorzien in hun geestelijke behoeften, maar ook in hun sociale behoeften. Zo kunnen we de nieuwe generatie hoop geven. Jezus verkondigde niet alleen het Woord, maar Hij gaf de mensen ook te eten. We willen in de voetstappen van Jezus Christus gaan.”
Achter elke gebeurtenis zit een doel, zegt Shawgi Kori. „Oorlog is van alle tijden, en om ermee om te gaan, moeten we onszelf doelen stellen. De tijd dat ik noodgedwongen in Egypte ben, wil ik nuttig gebruiken, zodat ik straks, als er vrede is in mijn land, de vruchten oogst van wat ik heb gezaaid.”
Leerlingen komen uit oorlogsgebied
CAÏRO. Veel toekomstige leerlingen van de St. Rafaelschool in Caïro zijn afkomstig uit het Nubagebergte in Zuid-Kordofan. Dat gebied is momenteel het strijdtoneel van de Sudanese regering in Khartoem en de rebellen van het Sudanese Volksbevrijdingsleger-Noord.
Tijdens de burgeroorlog (1983-2005) lagen de provincies Zuid-Kordofan en Blauwe Nijl aan de frontlinie, en nog steeds verblijven veel rebellen in het Nubagebergte. In 2005 eindigde de burgeroorlog met een vredesovereenkomst, die voorzag in een referendum over onafhankelijkheid van Zuid-Sudan. In juli 2011 scheidde Zuid-Sudan zich af van Noord-Sudan. Zuid-Kordofan en Blauwe Nijl mochten echter niet deelnemen aan het referendum; het is sindsdien betwist gebied.
Het conflict wordt vaak gezien als een strijd tussen moslims en christenen. Maar volgens Shawgi Kori gaat het vooral om het al dan niet bewaren van de eigen culturele identiteit. „De Arabische elites uit het noorden willen niet dat we onze Afrikaanse namen gebruiken. Onze mensen dragen hun wapens uit frustratie, omdat ze niet worden gerespecteerd.”