Koninklijk Huis

Johanna Maartense uit Grand Rapids over bezoek koning aan VS

Johanna Maartense (71) stond deze week achter de dranghekken bij het bezoek van Willem-Alexander en Máxima aan de VS. Samen met haar moeder (93). En honderden andere Nederlandse emigranten. Ze ziet de band met het koningshuis bij haar kinderen en kleinkinderen echter kwijnen. „Ze kijken me raar aan. Willem-Alexander... wie is dat?”

Gerard ten Voorde

6 June 2015 10:33Gewijzigd op 15 November 2020 19:28
Koning en koningin in de VS. beeld ANP
Koning en koningin in de VS. beeld ANP

Toen

Van mijn eerste Koninginnedag kan ik me niet veel meer herinneren. Ik weet nog wel heel goed dat mijn moeder op die dagen altijd een grote oranje strik in m’n haar deed. We stonden te zwaaien met vlaggetjes en zongen Wilhelmus van Nassouwe.

Ik was vijf jaar toen ik met mijn ouders in 1949 vanuit Zwijndrecht emigreerde naar Grand Rapids in de VS. De bootreis herinner ik me nog goed. Ik was het zat en wilde terug. Ik sprak geen woord Engels, maar kinderen leren vlug. Mijn ouders hebben het veel moeilijker gehad met de taal. Ze hebben ons tweetalig opgevoed. Anders verleer je het Nederlands heel snel.

Well, mijn ouders vonden het Oranjehuis erg belangrijk. Als je in Amerika woont, raak je de band met Nederland en het koningshuis snel kwijt. Ze wilden echter dat deze zou blijven. Op Koninginnedag brachten ze ons daarom de history, eh… de geschiednis van Nederland bij. Mijn vader sprak over Willem van Oranje, over Willem de Zwijger, die Nederland gespaard had. Hij wees op de indrukwekkende gevechten tegen de Spanjaarden. Mijn ouders vonden het heel belangrijk dat Emma en Wilhelmina gelovig waren en tot God baden.

We hebben veel Oranjeliefde meegekregen. Ik ben daar blij om. Als je van Holland houdt, moet je ook van het Oranjehuis houden. Dat hoort er gewoon bij. Ooms en tantes stuurden vaak boeken en kalenders met foto’s van Paleis Soestdijk bijvoorbeeld. Daar zaten we dan met de hele familie naar te kijken. We hadden namelijk geen tv.

In 1982 kwamen koningin Beatrix en prins Claus hier op bezoek. Mijn ouders waren eregast op het Calvin College. Mijn vader mocht op deze university een boom planten. Na die tijd is de koninklijke familie nooit meer langs geweest. Nee, echt niet netjes.

Door de afstand tot Nederland wordt de band met het koningshuis voor ons niet kleiner, nee, juist groter. Wij hebben een sterkere band met de Oranjes dan onze familie in Nederland. Wij willen foto’s zien, wij lopen er achter aan. In Nederland is het een beetje bijzaak.

Beatrix vind ik heel sympathiek. Heel sterk heb ik in 2012 met haar meegeleefd bij het ski-accident van Friso. Hij heeft zeventien maanden in coma gelegen. Ongeveer in dezelfde tijd is onze zoon Michael na een auto-ongeluk ook maanden buiten bewustzijn geweest. Allebei 42 jaar.

Michael kon zijn lichaam niet meer bewegen, niet meer praten. Hij is aan een infectie overleden, Friso ook. Michael liet een vrouw en vier kinderen na, Friso een vrouw en twee kinderen. Ik wist precies wat er door Beatrix heen ging aan het bed van haar zoon. Ik moest telkens aan haar denken.

Oh ja, ik heb veel steun gehad aan het geloof. Zonder geloof heb je nergens hoop. Zonder God in mijn leven zou ik ook niet weten hoe ik verder moest. Wij hebben heel sterk ervaren dat God erbij was.

Nu

Well, in Amerika kennen we geen Koninginnedag. Activiteiten zie je dan ook nooit. Hier is Independence Day, 4 juli, belangrijk. Amerika kent natuurlijk geen koning. Nou ja, die Obama van ons, die denkt dat-ie het is, maar hij is het echt niet!

Voor jullie is het koningshuis een dure liefhebberij. Het kost een hoop geld. Maar vergeet niet, ze maken ook geld voor Nederland. We volgen het nieuws over Nederland en het koningshuis hier op de voet. Via de NOS. En via Terdege, een leuk blad, met veel aandacht voor het koningshuis. Dat lees ik als eerste. Bij de NOS kijk ik altijd of ze wat over de Oranjes hebben.

Ik vind dat Willem-Alexander en Maxima het goed doen. Jammer dat ze niet kerkelijk zijn. Het lijkt wel alsof er in Nederland niet meer naar God gezocht wordt. Ik lees nooit dat ze naar de kerk gaan, terwijl dat zo belangrijk is. Elke generatie wordt het minder.

Mijn kinderen hebben niet zo veel met het koningshuis. Het bezoek van de koning en koningin volgen ze wel. Ik heb foto’s laten zien, maar daarmee houdt het op. Zodra het bezoek voorbij is, denken ze er ook niet meer aan. Toch behoort het tot hun heritage, hun erfgoed.

Zelf ben ik, samen met mijn moeder van 93, wezen kijken naar de koning en koningin. Maar je had binoculars, eh… verrekijkers nodig om ze te zien. Alles was afgeschermd. Je moest een kaartje kopen om dichtbij te komen. Onze predikant, ds. Beeke van de Gereformeerde Gemeente Heritage, is ook geweest. Zijn vrouw had kaartjes gekocht. Een goeie dominee, vind ik, hij bidt dikwijls voor het koningshuis. Maar meer nog omdat hij veel aandacht geeft aan de Koning van de Bijbel.

Straks

Onze veertien kleinkinderen zijn nog minder Hollands dan onze kinderen. Het koningshuis leeft niet voor hen. Ik kan de kleinkinderen er ook geen liefde meer voor bijbrengen. Het interesseert hen niet. Als ik boeken pak, gaan ze snel iets anders doen. Als ik het over Willem-Alexander heb, vragen ze: Wie is die man? Ze snappen niet wat ik er leuk aan vind. Heel jammer. Ik vind het juist erg belangrijk, ook voor hen. Het heeft alles met hun achtergrond te maken. Ze moeten weten dat ze van Hollandse komaf zijn. Een indiaan hecht toch ook waarde aan zijn afkomst? Het zijn echter echte Amerikanen geworden. Behalve als ze een werkstuk moeten maken, dan kiezen ze wel vaak voor Holland. Dat is gemakkelijk, dan kan oma helpen. Want oma weet daar zo lekker veel van.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer