Brandweerlieden slepen dinsdag rond het middaguur dode, besmeurde kalveren uit de stal op de boerderij aan de Markveldweg. De dieren zien er verstijfd uit. Zo’n twintig van de negentig door de vloer gezakte beesten hebben het ongeval niet overleefd. Boer Van den Hoek ging dinsdagochtend rond acht uur de kalveren voeren. Toen ontdekte hij dat de vloer van een deel van de stal was ingestort. „Alles was naar beneden geklapt.”

Negentig kalveren belandden in de onderliggende gierkelder. Die is enkele tientallen meters lang, zo’n 4,5 meter breed en ongeveer 1,60 meter diep. „Ik zag twintig stuks vee dood in de gierput liggen. Opgeblazen dieren. Als je dat ziet, ben je verslagen en beduusd”, vertelt de in overall gestoken boer op zijn erf. „Ik heb toen 112 gebeld.”

Dankbaar is Van den Hoek, die zo’n 950 dieren houdt, dat hij zelf gespaard is gebleven. „Als je in zo’n gierput valt, kan het verkeerd met je aflopen.”

De brandweer is dinsdag met zo’n 25 mensen paraat. Op het erf staan diverse brandweervoertuigen geparkeerd, waaronder twee tankautospuiten. De levende dieren zijn handmatig uit de gierput gehaald. Brandweerlieden in gierput droegen beschermende kleding en ademluchtapparatuur in verband met gevaarlijke gassen. De dode beesten werden met een takelwagen uit de gierkelder gehesen. De toedracht van het ongeval wordt onderzocht. Van den Hoek zegt dat het ongeval niet van doen heeft met de staat van onderhoud.