In een interview met het Leidsch Dagblad zegt hij zaterdag: „We oordelen en veroordelen in Nederland snel - en graag. Dat is me het afgelopen jaar wel gebleken. En op het moment dat je al op de grond ligt, vinden sommige mensen het toch prettig om je nog een trap na te geven.” Ook in de media werd het onderwerp „gretig uitgemolken”, aldus Van Woerkom.

Hij zag vorig jaar kort na zijn benoeming tot Nationale ombudsman van de functie af, nadat er commotie was ontstaan door een ongelukkige opmerking uit 2010 over Marokkaanse taxichauffeurs, die werd uitgelegd als discriminerend.

„Als ik op die periode terugkijk, dan kwam ik vorig jaar mei in een film terecht, waarbij ze me niet hadden verteld dat ik er de hoofdrol in moest vervullen, waarvan ik het script niet kende en waar elke opnamedag weer een dag vol veranderingen en nieuwe scripts betekende.”

Van Woerkom zegt dat hij niet verbitterd is geraakt. „Ik kijk niet om in wrok. Het heeft zo plaatsgevonden en dat vind ik jammer.” Hij kreeg vrijdag in zijn woonplaats Oegstgeest een koninklijke onderscheiding opgespeld. Van Woerkom werd eind april benoemd tot officier in de orde van Oranje-Nassau voor zijn werk bij de ANWB en voor diverse nevenfuncties.