Officier Plooy laat zware misdaad aan landelijk parket
De Amsterdamse officier van justitie K. Plooy stopt met zijn werk als bestrijder van de zware georganiseerde misdaad. Dat heeft het Openbaar Ministerie (OM) in Amsterdam donderdag bekendgemaakt.
Om zijn onderzoeken naar de Hollandse en Joegoslavische criminele netwerken voort te zetten, moest Plooy overstappen naar het landelijk parket. De officier koos er vanwege zijn eigen veiligheid voor om in Amsterdam te blijven. Het besluit van van Plooy is het gevolg van ernstige bedreigingen aan zijn adres.
In augustus vorig jaar kreeg Plooy het bericht dat er een aanslag op zijn leven werd beraamd. Sindsdien heeft hij strenge persoonsbeveiliging gekregen. „Op grond van persoonlijke afwegingen heeft hij ervoor gekozen om, in overleg met zijn parketleiding, zich binnen het Amsterdamse parket met een ander taakveld te gaan bezighouden", aldus het OM donderdag in een verklaring.
Plooy was sinds 1998 belast met de bestrijding van de zware georganiseerde criminaliteit. Hij hield zich in het bijzonder bezig met de aanpak van de Hollandse en Joegoslavische criminele netwerken. Deze gelden als de meest misdadige en gewelddadige groeperingen in Nederland.
De afgelopen jaren hebben zich ettelijke liquidaties in dat milieu voorgedaan, vooral in Amsterdam. De liquidaties zijn vrijwel alle onopgelost gebleven. De onderzoeken daarnaar stonden onder supervisie van Plooy. Met het operationeel worden van de landelijke recherche en het landelijk parket zijn deze onderzoeken overgegaan van het Amsterdamse parket naar het landelijke.
Plooy besloot zijn onderzoeken niet te volgen. Daarbij heeft een brief van het de top van het Openbaar Ministerie, het College van Procureurs–Generaal, aan de hoofdofficieren van justitie een rol gespeeld. Het college trekt daarin de ernst van de bedreigingen aan het adres van Plooy in twijfel.
De bedreiging van Plooy heeft veel stof doen opwaaien. Plooys voorganger bij het Amsterdamse parket, F. Teeven, leidde namens het Landelijk Parket het onderzoek naar de kwestie. Teeven wilde een overeenkomst sluiten met een criminele getuige, die de zaak zou kunnen helpen oplossen.
Het College van Procureurs–Generaal, ging echter niet akkoord met de voorgestelde deal, waardoor het onderzoek vastliep. Volgens het college kan een dergelijke afspraak met een crimineel wettelijk niet door de beugel.
De getuige zou hebben kunnen verklaren dat Sreten J. (Jocic), een zeer beruchte crimineel uit voormalig Joegslavië, het brein achter de voorgenomen aanslag is. J. zit momenteel een oude gevangenisstraf in Nederland uit. Via zijn advocaat J. Boone heeft hij elke betrokkenheid bij het moordplan ontkend.
Het College van Procureurs–Generaal wil donderdag niet reageren op de stap van Plooy. Volgens een woordvoerster gaat het om een „interne, personele aangelegenheid".