„Ex-arts afwezig door hersenbeschadiging”
ARNHEM (ANP). Ex-neuroloog Ernst Jansen is maandag niet aanwezig bij de behandeling van het hoger beroep in zijn rechtszaak, omdat zijn aanwezigheid „niet in zijn eigen belang is”. Dat zei zijn advocaat Peter Plasman aan het begin van de beroepszaak tegen de voormalig neuroloog, die eerder tot drie jaar gevangenisstraf is veroordeeld. „Jansen heeft een hersenbeschadiging, waardoor hij een aparte en misschien zelfs voor leken vreemde manier van communiceren heeft. Zijn gedrag is niet te regisseren.”
De mogelijke hersenbeschadiging is onderdeel van het hoger beroep dat deze week dient. Jansen zou dat hebben opgelopen na een zeer ernstig auto-ongeluk 25 jaar geleden. De afgelopen maanden is er aanvullend psychisch, psychiatrisch en neurologisch onderzoek gedaan naar zijn toestand. De bespreking van deze rapportage staat woensdag op de planning.
Volgens Plasman heeft Jansen „in het geheel niet zijn eigen belang voor ogen”. De voormalig neuroloog is wel aanwezig bij de uitspraak, waarschijnlijk op 18 juni, liet Plasman weten.
Het Openbaar Ministerie (OM) noemt het „buitengewoon spijtig” dat Jansen niet aanwezig is, ook namens de slachtoffers van de ex-neuroloog die maandag weer aanwezig zijn in de rechtszaal. Er is zelfs nog overwogen om de ex-neuroloog te dwingen te komen. „Maar we weten niet waar hij is en of we hem dus op tijd bij de rechtbank kunnen krijgen”, aldus de aanklager. Het OM wil niet dat de behandeling in de rechtbank vertraging oploopt.
De advocaat van Jansen had daarentegen wel om aanhouding van de zaak gevraagd, omdat hij de deskundigenrapporten naar eigen zeggen pas zondagavond had ontvangen. De rechtbank ging daar echter niet in mee.
Jansen was in december 2013 veroordeeld tot drie jaar cel voor het opzettelijk stellen van verkeerde diagnoses, met verstrekkende gevolgen voor zijn patiënten. Een patiënte pleegde zelfmoord nadat ten onrechte de diagnose van een ernstige ziekte was gesteld. Dat gebeurde toen hij bij het Medisch Spectrum Twente werkte, waar hij in 2004 werd ontslagen. Zowel het Openbaar Ministerie als hijzelf ging in hoger beroep tegen de uitspraak.