Koning Willem-Alexander en koningin Máxima brengen dinsdag een bezoek aan Zeeuws-Vlaanderen en sluiten de dag af met het officieel openen van de tunnel. Woensdag mogen bezoekers een kijkje in de Sluiskiltunnel nemen.

De tunnel is aangelegd in opdracht van de provincie Zeeland om het wegverkeer over het Kanaal van Gent naar Terneuzen beter te laten doorstromen. Het project kost ruim 300 miljoen euro. „De brug voor het kanaal staat gemiddeld 23 keer per dag open. Dat is ongeveer vijf tot zes uur per dag”, zegt Ton Vrijdag, projectleider bij de bouw van de tunnel.

De Sluiskiltunnel komt op het diepste punt 34 meter beneden NAP te liggen. Automobilisten hoeven geen tol te betalen. De brug bij Sluiskil blijft in gebruik voor fietsers, tractoren en ander langzaam verkeer en voor het vervoer van gevaarlijke stofffen.

De Brabants-Zeeuwse Werkgeversvereniging (BZW) is in haar nopjes met het project. „We zien de Sluiskiltunnel als een integraal onderdeel van een traject dat loopt van de A58 op Zuid-Beveland naar Gent in België”, zegt BZW-secretaris Wies Saman. „Op dat traject liggen twee belangrijke industriegebieden: het Sloegebied en de Kanaalzone. Het kan natuurlijk niet dat je op zo’n traject over een brug moet die een derde van de dag openstaat.”