Dat heeft minister Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) zaterdag bekendgemaakt. De overeenkomst werd vrijdagavond ondertekend in de Nigeriaanse havenstad Port Harcourt.

Het akkoord is volgens Ploumen een grote verdienste van oud-ambassadeur Bert Ronhaar, die overlegde met Shell Nigeria en leiders van de lokale Bodo-gemeenschap over opruiming van de olievervuiling in hun leefgebied. Het betreft een gebied van ruim 1000 hectare groot dat in 2008 en 2009 zwaar vervuild is door zowel operationele fouten als illegaal aftappen.

Shell en de lokale bevolking zijn eerder dit jaar een schikking overeengekomen van 70 miljoen euro voor compensatie van geleden schade door de Bodo-gemeenschap. Twee bedrijven zijn inmiddels uitgekozen voor het opruimen van de olievervuiling.

Minister Ploumen prijst de totstandkoming van het akkoord: „Het is heel goed nieuws dat de partijen er nu uit zijn en knap werk van Ronhaar. Aan het begin van het proces stonden ze met de rug naar elkaar. Door zijn optreden is die houding gedraaid. Met als resultaat dat de situatie voor de mensen en het milieu daar aanzienlijk zal verbeteren.”

De Nederlandse ambassade in Abuja heeft zich actief beziggehouden met de onderhandelingen, onder meer door het organiseren van rondetafelconferenties en andere activiteiten die nodig waren om de onderhandelingen op gang te brengen en te houden. De kosten daarvan bedragen circa 350.000 euro.

Geert Ritsema van Milieudefensie reageert verheugd op de overeenkomst. Hij noemt de inzet van Ronhaar en Ploumen prijzenswaardig. „De druk op Shell vanuit Nederland moet wel hoog blijven, want Bodo is slechts één van de duizenden plekken in de Niger Delta waar olielekkages het milieu en het dagelijks leven van mensen in de afgelopen zestig jaar volledig verwoest hebben. Het is de omvangrijkste en langst durende olieramp op aarde.”