Nick R. voerde tussen 2006 en 2009 vele maagverkleiningsoperaties uit in het Emmer ziekenhuis. Hij werd in 2009 op non-actief gesteld en later ontslagen vanwege de vele complicaties en sterfgevallen die zich die jaren hadden voorgedaan. Zeventien patiënten en nabestaanden deden aangifte tegen hem.

Na een lang en „uiterst complex” onderzoek concludeerde justitie dat slechts in één zaak vervolging mogelijk was. Het ging om een vrouw bij wie na een maagverkleiningsoperatie een wondgaasje in de buik was achtergebleven. De vrouw werd daardoor ernstig ziek.

Volgens het OM handelde R. indertijd niet met „boze opzet”, maar wel „onzorgvuldig en ontoelaatbaar”. Bovendien was R. hetzelfde in Duitsland al eens overkomen. Eén van zijn patiënten overleed in 2002 aan de gevolgen van een ontsteking in de buik, ook door een achtergelaten wondgaasje.

Maar het hof ziet geen bewijs. Volgens de rechters heeft R., toen hij op het verdwenen wondgaasje werd gewezen, wel degelijk gezocht in de buikholte van de vrouw, maar het toen niet kunnen vinden. Niemand heeft hem na de operatie verteld dat het gaasje nog steeds zoek was, dus kon hij er vanuit gaan dat het was gevonden, oordeelt het hof.