Opinie

Wethouder, thuisonderwijs is een recht

De Rotterdamse wethouder De Jonge (Onderwijs en Gezin) wil het moeilijker maken om thuisonderwijs te geven. Christelijke ouders uit Rotterdam uiten in een open brief kritiek op de plannen van de wethouder.

Aart-Jan Dingemanse
29 April 2015 10:59Gewijzigd op 15 November 2020 18:33
beeld RD, Anton Dommerholt
beeld RD, Anton Dommerholt

Geachte heer De Jonge,

Wij, als Rotterdamse ouders, willen graag reageren op de voorstellen die u deed in uw hetze tegen het thuisonderwijs in uw stad.

U hebt heel wat losgemaakt, misschien wel tegen wil en dank. Het thuisonderwijs is de laatste weken volop in het nieuws als geschikte oplossing voor thuiszitters die helemaal geen onderwijs krijgen. De verdiensten van thuisonderwijs raken steeds breder bekend: ultiem maatwerk voor de beste borging van het individuele recht op onderwijs.

Iedereen bemoeit zich er nu mee. In de Tweede Kamer zijn kritische vragen gesteld over uw voortvarend optreden. De staatssecretaris heeft zich erover uitgesproken en ook een juriste met landelijke bekendheid heeft zich publiekelijk geuit over onze situatie.

Maar al die tijd bleven wij, de 15 gezinnen met hun 33 kinderen, de tweede viool spelen. Het debat gaat vooral óver ons, maar wordt niet mét ons gevoerd. Waar is de dialoog met de echte stakeholders?

Een dreigende brief met een oproep in gesprek te gaan met twee ambtenaren is geen dialoog. En een herhaling van deze werkwijze in het actualiteitendebat en in uw jongste beleidsbrief is ook geen goede start voor een open dialoog.

Wij hebben twee brandende vragen voor u. Als eerste: Vanwaar het wantrouwen jegens ouders die hun verantwoordelijkheid bij de zorg voor en opvoeding van hun kinderen uiterst serieus nemen?

Wij zijn van rechtswege vrijgesteld en u hebt reeds uitgesproken dat er met betrekking tot onze gezinnen geen concrete zorgsignalen zijn. Waarom moeten er dan aanvullende regels gesteld worden?

Wij worden onterecht in het verdachtenbankje geplaatst. In Nederland is iemand onschuldig tot het tegendeel blijkt. Uit uw brief blijkt meermaals dat u die bewijslast wilt omkeren.

Daarbij zijn de middelen die u wilt inzetten niet toepasbaar op onze situatie. Wanneer ouders handelen conform de ene wet (Leerplichtwet) kan dit toch niet resulteren in melding of vervolging via een andere wet (Jeugdwet)? We beseffen dat u wethouder bent van onderwijs én zorg, maar de vermenging van deze beleidsterreinen is niet aan de orde als ouders gebruikmaken van een recht. We roepen u daarom op hiervan af te zien.

Dan de tweede vraag: Waarom hebt u zo’n haast? Landelijk loopt er nu een zorgvuldig traject van aanpassing van de wetten met betrekking tot thuisonderwijs, waarvoor de staatssecretaris nog voor de zomer met voorstellen wil komen. Wij werken daar constructief aan mee en zijn net als u in afwachting van de nieuwe voorstellen. We vragen u dan ook om uw plannen weer in de pas te laten lopen met de landelijke wetgeving.

Vandaag discussieert de commissie zorg, onderwijs, cultuur en sport van de gemeenteraad van Rotterdam hierover met u. De plannen van het college worden niet alleen getoetst op het aansluiten bij coalitiedoelstellingen, maar vooral of de wethouder zich aan de wet houdt. Rechten van burgers mogen niet onnodig worden ingeperkt. Naast het recht van het kind op onderwijs geldt ook het recht om door de ouders geleid te worden, volgt uit artikel 14 van het Internationaal Verdrag inzake de Rechten van het Kind.

Wij spreken hierbij ons vertrouwen uit in de werking van Rotterdams hoogste bestuursorgaan: de gemeenteraad.

De open brief is ondertekend door de families Van Bruggen, Dingemanse, Van Gulik, Kamp en Sliedrecht.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer