Economie

Dijksma houdt vast aan dierrechten

DEN HAAG. Staatssecretaris Dijksma houdt vast aan haar voornemen om in de melkveehouderij zogeheten dierrechten in te voeren als de sector het fosfaatplafond –een met Brussel afgesproken milieugrens– overschrijdt. Dat bleek donderdag tijdens een debat in de Tweede Kamer over Dijksma’s aanpak van de groei van de melkveehouderij.

Redactie economie
23 April 2015 18:57Gewijzigd op 15 November 2020 18:26
beeld RD, Anton Dommerholt
beeld RD, Anton Dommerholt

Dierrechten zijn volgens Dijksma de enige reële mogelijkheid om „een ring om de veehouderij” te leggen, iets wat door Brussel geëist wordt als het Nederlandse fosfaatoverschot boven de 172,9 miljoen kilo per jaar komt. Anders verliest Nederland de derogatie, dat is een ontheffing om meer mest uit te rijden dan de Europese nitraatrichtlijn aangeeft.

Vorig jaar lag het fosfaatoverschot van de totale Nederlandse veehouderij, inclusief de melkveehouderij, al op 168 miljoen kilo, zei Dijksma onder verwijzing naar voorlopige cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. De bewindsvrouw verwacht in mei een nieuw (voorlopig) cijfer. Daarna komt ze met een brief naar de Kamer, zo zegde ze toe. In die brief meldt ze het nieuwe cijfer en zet ze ook op een rijtje welke alternatieven voor dierrechten ze heeft bekeken en waarom die niet afdoende zijn.

De Nederlandse melkveehouderij en zuivelindustrie zijn bezig met een groeispurt in verband met de afschaffing van de Europese melkquotering per 1 april jongstleden. De afgelopen jaren is daar al op vooruitgelopen: boeren bouwden massaal grotere stallen en gingen meer jongvee aanhouden, zuivelfabrieken breidden hun verwerkingscapaciteit voor melk fors uit. Nederlands grootste zuivelverwerker FrieslandCampina verwacht dat zijn boeren de komende jaren jaarlijks 2 tot 3 procent extra melk zullen aanleveren.

De Wet verantwoorde groei melkveehouderij, die op 1 januari van kracht werd, biedt ruimte voor groei mits de mest van de extra koeien het milieu niet belast. Boeren moeten voldoende grond hebben of de mest industrieel verwerken, aldus de wet. Vorige maand stuurde Dijksma een aanvulling op de wet naar de Kamer, de Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB) grondgebonden groei melkveehouderij. Die moet voorkomen dat de sector een industrieel karakter krijgt: boeren die willen uitbreiden, worden verplicht extra grond aan te kopen of te huren als het fosfaatoverschot op hun bedrijf boven een bepaalde grens komt. Alle extra mest verwerken is dan niet toegestaan.

Verschillende partijen willen dat Dijksma in de AMvB ook regelt dat een bepaald percentage koeien regelmatig in de wei loopt. De staatssecretaris voelt daar niet voor. Wetgeving op dit punt is volgens haar minder effectief dan beloning. Op dit moment betalen zuivelfabrieken een toeslag voor weidemelk. Ook kunnen veehouders die hun koeien in de wei willen laten lopen, advies en begeleiding krijgen. Dijksma heeft met de sector de ambitie afgesproken dat in 2020 80 procent van de koeien regelmatig de wei in gaat. Momenteel is dat ongeveer 70 procent. De staatssecretaris stelt 1 miljoen euro beschikbaar om weidegang te bevorderen. Ook de provincies wil ze bij het stimuleren daarvan betrekken, liet ze weten.

Tijdens het debat bleek verder dat Dijksma niet voelt voor een verruiming van de knelgevallenregeling waarin de AMvB voorziet. De regeling geeft alleen lucht aan boeren die vorig jaar al in mestverwerking hebben geïnvesteerd. Wie toen bijvoorbeeld alleen een grotere stal bouwde, valt buiten de boot. Zo’n veehouder zal extra grond moeten kopen of huren als zijn overschot bij uitbreiding te groot wordt. Onder meer SGP-Kamerlid Dijkgraaf vindt dat onderscheid onterecht. „Melkveehouders wisten tot voor kort nog niet op welke manier grondgebondenheid geregeld zou worden”, aldus Dijkgraaf.

Dijksma wilde echter niet van wijken weten: „Ik geef liever helderheid.” De staatssecretaris is beducht voor het ontstaan van een grijs gebied. Ze zei dat ze geen herhaling wil van de situatie na de invoering van de melkquotering in 1984. „Toen kwamen er 20.000 bezwaarschriften. Iedereen die zich gedupeerd voelde, dacht een knelgeval te zijn. Tot op de dag van vandaag lopen er nog zaken”, aldus Dijksma.

CDA en PVV toonden zich bezorgd over de vele vragen die bij boeren leven over de Melkveewet en de AMvB. Dijksma zegde toe dat haar ministerie binnenkort een speciaal loket inricht, waar melkveehouders terecht kunnen.

De bewindsvrouw toonde zich bereid te kijken naar de versterking van regionale kringlopen, waar onder meer de ChristenUnie voor pleitte. „Een melkveehouder die al jaren samenwerkt met een naburige akkerbouwer en zo verantwoord zijn overtollig mest kwijtraakt zou vrijgesteld moeten worden van de fosfaatgrenzen”, vond CU-Kamerlid Dik-Faber. Maar daar was Dijksma het niet mee eens: „U kunt niet doen alsof die mest niet bestaat. Ook die mest heeft invloed op het milieu.”

De staatssecretaris wil voorkomen dat dezelfde (akkerbouw)grond door meerdere veehouders wordt opgegeven om hun fosfaatoverschot omlaag te brengen. „Dat zou een lek in het systeem betekenen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer