Economisch herstel in ebolalanden is nu cruciaal
Nu de ebola-epidemie op haar retour is, moet West-Afrika zich richten op economisch herstel, schrijven de Afrikaanse staatshoofden Alpha Condé, Ernest Bai Koroma en Ellen Johnson Sirleaf.
De uitbraak van ebola vorig jaar, in Guinee, Sierra Leone en Liberia, is de ernstigste sinds de ziekte voor het eerst werd geconstateerd in Centraal-Afrika in 1976. De impact van de epidemie is desastreus geweest en bedreigt de sociaaleconomische vooruitgang die na decennia van conflicten juist op gang kwam.
De regio heeft tot nog toe 25.791 gevallen geregistreerd, 10.689 van deze slachtoffers zijn overleden. Dat is bijna tien keer zo veel als het aantal doden van alle andere ebola-epidemieën in het verleden samen. De verwachte economische groeicijfers voor 2014, van 4,5 tot 11 procent, zijn teruggeschroefd tot 2,2 procent op zijn best. Zonder verzachtende maatregelen kan een recessie niet worden uitgesloten.
De ongecontroleerde verspreiding van ebola heeft de tekortkomingen blootgelegd van onze nationale gezondheidszorg, maar ook van de capaciteit van regionale en mondiale instellingen om effectief beleid uit te voeren en te coördineren. Kortom, we zijn slecht voorbereid om een uitbraak op dergelijke schaal aan te kunnen, laat staan te voorkomen.
Uitwisselen
We dragen een collectieve verantwoordelijkheid voor de duizenden levens die hierdoor zijn verloren of beschadigd. De ziekte is nog niet helemaal ingedamd, maar dankzij institutionele aanpassingen zijn we daar wel dichterbij gekomen. We moeten nu in kaart brengen hoe we kunnen herstellen en de nationale en internationale systemen gaan versterken.
Wij, de presidenten van de drie betrokken landen, zijn vastberaden om ebola uit te roeien door informatie uit te wisselen, technische expertise te delen, vernieuwende en toegankelijke zorgsystemen te ontwikkelen en publieke voorlichting te versterken. Inclusief maatregelen voor families op het gebied van water, sanitatie en hygiëne. Alleen dan dragen investeringen van het bedrijfsleven effectief bij aan herstel, de motor van economische bedrijvigheid.
Ebola kon zich makkelijk verspreiden doordat onze landen een gedeelde geschiedenis en cultuur hebben. Helaas moesten we sommige grenzen daarom sluiten, ook al konden mensen hun familie of de gezondheidszorg soms niet meer bereiken. Wij willen dat onze infrastructuur, ons zorgbeleid en onze economie goed is voor mensen aan weerszijden van grenzen. Daarvoor moeten we verbindingen creëren, in de vorm van lokale zorgoplossingen en ontwikkelingscorridors, die leiden tot samenwerking en nieuwe banen. We vragen onze internationale partners om steun voor een gezamenlijk stimuleringsplan, met nadruk op praktische oplossingen die leiden tot meer groei en werkgelegenheid.
Vertrouwen
Vier elementen zijn cruciaal voor ons herstelbeleid. Het eerste is de opbouw van een veerkrachtige gezondheidszorg, waar lokaal opgeleide zorgwerkers voor nodig zijn, om de dekking op het platteland uit te breiden. Dat vergt ook nationale programma’s voor water en sanitatie, en goed uitgeruste centra om infectieziekten te kunnen beheersen.
Ten tweede moeten we ons richten op infrastructuur, in het bijzonder wegen, het stroomnet en netwerken voor telecommunicatie. We vragen de Afrikaanse Ontwikkelingsbank om het initiatief te nemen tot een fonds voor infrastructuur, een uitbreiding van het Mano Rivier Initiatief dat in 2013 is begonnen om de regionale integratie te bevorderen. En we vragen onze partners om te beseffen dat programma’s die oorspronkelijk voor tien jaar waren gepland, dringend uitgevoerd moeten worden.
Ten derde moeten we het vertrouwen herstellen binnen de private sector, die door hoge kosten is geraakt. In het bijzonder zou de regio veel hebben aan leningen aan lokale ondernemers, financiering voor buitenlandse investeerders en budgettaire steun van de regering.
Ten vierde, in lijn met de aanbeveling van de Commissie voor Afrika, de Verenigde Naties en de Afrikaanse Unie, vragen we om een totale kwijtschelding van onze buitenlandse schuld. Dit zou ons in staat stellen om weer een fiscale ruimte op te bouwen, zodat we kunnen meebetalen aan de vernieuwing van onze gezondheidszorg.
We dringen er bij onze internationale partners op aan om ons economische herstel te steunen, in dezelfde geest van samenwerking en met hetzelfde urgentiegevoel die ons hielpen in de strijd tegen het ebolavirus. Samen kunnen we een gezondheidszorg, infrastructuur en regionale instellingen bouwen die sterker zijn dan voor de epidemie. Samen kunnen we zorgen voor een bestendige erfenis van gezondheid en vooruitgang voor onze volken.
Alpha Condé is president van Guinee, Ernest Bai Koroma is president van Sierra Leone en Ellen Johnson Sirleaf is president van Liberia. De tekst is vertaald door het internationale opinieplatform Project Syndicate.