Dat zeiden hoogleraar strafrecht Anton van Kalmthout en onderzoeker Peter van der Laan maandagmorgen in het radio-1-programma De Ochtenden van de EO.

In circa 27 procent van de gevallen komt een veroordeelde niet opdagen of breekt hij de taakstraf voortijdig af. Als de rechter de taakstraf heeft opgelegd, moet iemand in zo’n geval volgens het vonnis alsnog de cel in. Maar dat komt er volgens Van Kalmthout in veel gevallen niet van: „Uit de contacten die ik met het veld heb, blijkt dat justitie heel vaak iedere sanctie achterwege laat.” Volgens Van Kalmthout laten de gevolgen zich raden: „In die kringen gaat dat natuurlijk rondzingen: Je hoeft net zo goed niets te doen, want er gebeurt toch niks.”

Peter van der Laan van het Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving kent de klachten over het uitblijven van sancties na mislukte taakstraffen al lang: „Altijd is al de klacht geweest dat er niet in alle gevallen na een mislukte taakstraf een vervolg kwam. Hoe vaak er niets gebeurd, is bij mijn weten niet of nauwelijk bekend. Maar dat het gebeurt, dat weet ik zeker.

Volgens cijfers van het openbaar ministerie lukte het in 2003 in 45 procent van de mislukte taakstraffen niet om een vervolg te geven in de vorm van bijvoorbeeld vervangende hechtenis. Het OM houdt het erop dat in die gevallen het jaar erop de vervangende hechtenis wordt opgelegd, maar heeft daar geen gegevens van.