Japanse pluimveesector voorkomt paniek bij consument
Meer dan drie jaar geleden zag de Japan Pluimveevereniging (JPA) met afschuw hoe de bse-crisis paniek onder de Japanse consument veroorzaakte. Maandenlang aten Japanners nauwelijks rundvlees. Het werd een economische ramp. De JPA heeft daar lering uit getrokken. Ondanks de vele levens die de huidige vogelgriepcrisis reeds heeft geëist in Azië en ondanks het feit dat het virus ook in Japan heeft huisgehouden, heeft de JPA paniek weten te voorkomen. De Japanner eet gewoon zijn kip en eieren. De pluim gaat naar de JPA.
De vogelgriep grijpt in Azië nog steeds om zich heen. De ziekte is inmiddels vastgesteld in China, Thailand, Vietnam, Indonesië, Cambodja, Zuid-Korea, Japan, Taiwan en Pakistan. Toen op 12 januari bekend werd gemaakt dat de Aziatische vogelgriep ook was ontdekt op een pluimveehouderij in de West-Japanse prefectuur Yamaguchi zag het er niet goed uit voor de Japanse pluimvee- en eierhandel. Precies de dag ervoor had een bedrijf in de historische stad Kyoto bekendgemaakt dat het grote aantallen eieren van zes maanden oud had verkocht als verse exemplaren, waarna veel mensen ziek waren geworden.
Van het nieuws werd uitbreid verslag gedaan door de Japanse media, wat de branche in één klap een slecht imago bezorgde. Nadat de volgende dag bekend werd dat meer dan 15.000 kippen waren bezweken aan vogelgriep, hield de sector zijn hart vast. Het zag ernaar uit dat 2004 een rampjaar zou worden.
Maar de JPA en de autoriteiten van Yamaguchi waren redelijk goed voorbereid. De griep werd weliswaar veel te laat ontdekt en preventiemaatregelen waren duidelijk onvoldoende, maar er lag een goed plan op de plank om de schade te beperken. De pluimveehouderij waar het virus was ontdekt, werd onmiddellijk van de buitenwereld afgegrendeld.
Niets en niemand binnen een straal van 30 kilometer mocht het gebied meer in of uit. Zo’n 19.000 kippen die nog niet bezweken waren, werden geslacht, de 34.000 dode kippen werden onmiddellijk begraven en de JPA begon een uitgebreide actie om de Japanse media en de consument voor te lichten.
De strenge quarantainemaatregelen schijnen te hebben gewerkt. Terwijl in landen zoals Korea en China de vogelgriep zich verder verspreidde, is er in Japan tot nu toe geen tweede besmettingshaard gevonden. Een bewonderenswaardig resultaat.
Het belangrijkste werk was echter al drie jaar eerder verricht. „Nadat we hadden gezien hoeveel schade de bse-paniek destijds had aangericht”, legt Shimada JPA-manager uit, „besloten we zo snel mogelijk maatregelen te nemen.” De JPA riep een groot aantal wetenschappers en vertegenwoordigers van de pluimveehandel bij elkaar. Ze haalden niet enkel het plan tevoorschijn dat eerder in het leven was geroepen, maar besloten ook dat de officiële Japanse naam van de ziekte veranderd moest worden van vogelpest in vogelgriep. „We zagen hoe de consument in paniek raakte toen de media het hadden over gekkekoeienziekte, maar er was nauwelijks een reactie te bespeuren nadat de naam was veranderd in bse.
Twee jaar geleden diende de JPA een officiële aanvraag in bij de Japanse overheid om de naam, die wettelijk vaststaat in Japan, te veranderen. Afgelopen jaar kwam het resultaat. Vogelpest werd officieel uit de Japanse wetboeken gegumd. De timing was perfect.
Tijdens de bse-crisis was er een groot gebrek aan betrouwbare informatie over het gevaar dat is verbonden aan het verorberen van een lekker biefstukje. Ook hieraan besloot de JPA wat te doen. Onmiddellijk na het uitbreken van de vogelgriep begon de JPA de Japanse media zorgvuldig en continu in te lichten. De vereniging verspreidde verder 12.000 posters waarop wetenschappelijke informatie over de ziekte eenvoudig werd uitgelegd. Plus kookvoorschriften om de ziektekiemen te doden.
„Er is geen kans dat mensen de griep krijgen door het eten van kip of eieren”, was de onderliggende boodschap. Een vertederende tekening van een kip maakte het virus een stuk minder bedreigend. De poster werd opgehangen in supermarkten en deed daar zijn werk. De verkoop van kip en eieren is volgens woordvoerders van supermarkten nauwelijks teruggelopen. Zelfs de populaire yakitori (in gegrilde kip gespecialiseerde restaurants) ondervinden weinig last van de vogelgriepcrisis. „We hebben wat minder nieuwe klanten”, zegt restaurantmanager Ri, „maar onze trouwe klanten komen gewoon. We merken er eigenlijk niet zo veel van.”
Dat betekent niet dat er totaal geen problemen zijn. Zo’n 95 procent van de 2,6 miljoen ton eieren die de Japanners jaarlijks verorberen, komt uit Japan. Maar met kippenvlees ligt de situatie anders. Bijna 80 procent wordt ingevoerd uit China, Thailand en de VS: precies de drie landen waarvoor de Japanse overheid een invoerverbod heeft afgekondigd. Japanners eten jaarlijks 136 miljoen ton kip, dus de huidige voorraad is zo op.
De quarantaine in Yamaguchi heeft bovendien bij veel Japanners de verkeerde indruk gewekt. „De maatregel is genomen zodat het virus niet naar het andere pluimvee wordt verspreid”, legt Shimada uit, „maar veel consumenten geloven dat de quarantaine is afgekondigd om te voorkomen dat het virus overslaat op mensen. Ze kopen daarom nu helemaal niets uit Yamaguchi.”
Voor pluimveehouders in Yamaguchi is dit een regelrechte ramp, omdat zij hun eieren niet kwijt kunnen. Met deze eieren is niets mis. Maar tegen de tijd dat de quarantaine wordt opgeheven -naar verwachting rond 21 februari- zijn ze meer dan een maand oud. Mits gekoeld zijn ze dan nog steeds eetbaar. Maar het incident met de zes maanden oude eieren ligt de Japanners nog vers in het geheugen. Het ziet er dus naar uit dat de eieren, naar schatting 32 miljoen, zullen worden vernietigd. Een enorme strop.
Het is de vraag of de pluimveehouders in Yamaguchi dit overleven. De Japanse overheid heeft reeds besloten 137 miljoen yen (1 miljoen euro) aan subsidies te verstrekken. De lokale overheid zal het bedrag zeker verhogen. Waarschijnlijk onvoldoende om alle bedrijven overeind te houden. Maar zonder de voorbereidingen van de JPA zou de situatie een stuk ernstiger zijn geweest.