Economische groei kan niet zonder menselijke bloei
Het is hoog tijd voor een alternatief voor de dominante liberale visie op de economie, betogen Paul Schenderling en Agnes Mulder.
„De afgelopen twintig jaar is het wereldbeeld van economen fundamenteel veranderd.” Dat schrijven economen Harry van Dalen, Arjo Klamer en Kees Koedijk naar aanleiding van een enquête onder vakgenoten. Uit de enquête blijkt dat liberale opvattingen dominant zijn geworden: zo zouden D66 en VVD samen op meer dan 50 procent van de stemmen van Nederlandse economen kunnen rekenen. We zien dit duidelijk terug in het actuele debat over het verdienvermogen van Nederland. Hierin komen telkens dezelfde Angelsaksische beleidsrecepten terug, gericht op het maximaliseren van welvaart, zoals meer uren werken, meer flexibilisering –bijvoorbeeld op de arbeidsmarkt– en meer individuele prikkels tot prestaties.
Het liberale economische paradigma staat echter onder druk, niet alleen door de financieel-economische crisis en de nasleep daarvan, maar ook door maatschappelijke en wetenschappelijke verschuivingen. Zo wijzen trendstudies uit dat veel werkende Nederlanders last hebben van toenemende prestatiedruk en moeite hebben om werk- en privéaangelegenheden met elkaar te combineren. Er is behoefte aan een betere koppeling tussen welvaart en welzijn, tussen betaald werk en onbetaald werk, tussen carrière en relaties.
Verder laten recente wetenschappelijke studies zien dat ons begrip van innovatie –de drijvende kracht achter economische groei– aanpassing behoeft. In het verleden kon men het innovatieproces nog rationaliseren tot vondsten van individuen binnen plan- en stuurbare R&D (Research & Development)-afdelingen van bedrijven. Vandaag de dag zien we dat innovatie beter omschreven kan worden als spontane kruisbestuiving van ideeën; een groepsproces waarbij nadrukkelijk over de grenzen van afdelingen, bedrijven en sectoren heen gekeken moet worden. Met andere woorden, we moeten het belang van langetermijnrelaties voor de economie beter onderkennen.
Alternatief
Hoe ziet het alternatief voor de liberale visie op het verdienvermogen van Nederland eruit? Het vertrekpunt van een nieuwe visie is het idee dat menselijke bloei en economische groei onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden. Het is voor de inrichting van de economie van essentieel belang dat er voor alle mensen geschikt werk is en dat mensen in staat zijn om vanuit hun drijfveren –zoals ambitie, dienstbaarheid, roeping en het verlangen naar vakmanschap– te handelen. Tegelijkertijd hebben mensen het nodig om regelmatig afstand te nemen van hun werk, om vrij te zijn voor ontspanning, ontmoeting en contemplatie.
Bovendien kan Nederland het zich niet permitteren dat mensen langs de kant staan en zich niet betrokken voelen bij hun werk. Snelle technologische veranderingen hebben een grote en inherent onvoorspelbare impact op de economie. Dit vergt meer creativiteit, meer samenwerking en meer langetermijndenken. Het economische beleid moet daarom gericht zijn op het in harmonie versterken van menselijke bloei en economische groei.
Basisverzekering
Een voorbeeld van een passende beleidsmaatregel is de basisverzekering voor werkenden, een hervorming die erop gericht is om het grote gat tussen vaste en flexibele contracten kleiner te maken. De basisverzekering moet compact gehouden worden, zodat de voordelen van ondernemerschap behouden blijven en de lasten van het in dienst nemen van personeel verminderd worden. Hierdoor is het voor werkgevers weer mogelijk om werknemers in dienst te nemen en langetermijnrelaties aan te gaan. Tegelijkertijd zorgt de basisverzekering ervoor dat kleine zelfstandigen die momenteel –door slechte betaling of andere redenen– onderverzekerd zijn voor bijvoorbeeld arbeidsongeschiktheid, een minimum aan sociale zekerheid krijgen.
Een andere maatregel betreft regionalisering van het innovatiebeleid: juist omdat blijkt dat innovatie tot stand komt op basis van spontane kruisbestuiving tussen disciplines, bedrijven en sectoren, zou de focus van het innovatiebeleid moeten liggen bij regionale clusters.
Kortom, het is tijd voor een fundamentele herbezinning op de relevantie van menselijke drijfveren binnen de economie. Dat biedt Nederland de gelegenheid om koers te zetten in de richting van een samenleving waarin economische waarde en maatschappelijke waarden steviger met elkaar verbonden zijn.
Paul Schenderling schreef voor het Wetenschappelijk Instituut van het CDA het rapport ”Bloei & groei”. Agnes Mulder is Tweede Kamerlid voor het CDA.