Verdachte moord drugsdealer vrijgesproken
De rechtbank in Maastricht heeft vrijdag een van de vijf verdachten in de moordzaak op de Maastrichtse drugsdealer Jean Leclaire vrijgesproken. De rechtbank vindt het bewijs tegen de 34–jarige Fabiënne J. (Jans) onvoldoende om haar te veroordelen voor betrokkenheid bij het vermoorden en spoorloos laten verdwijnen van Leclaire. Tegen haar was zes jaar cel geëist.
J. was de tweede verdachte die terechtstond. Eerder werd de 41–jarige Omar B. (Berzel) voorlopig vrijgelaten omdat het bewijs te mager was. Tegen hem was zeven jaar cel geëist. J. werd wel veroordeeld voor het vervoer van XTC.
De rechtbank legde haar een straf van twaalf maanden op, waarvan vier voorwaardelijk. Omdat ze al tien maanden in voorarrest zit, hoeft ze deze straf niet meer uit te zitten. Dat was voor de rechtbank reden om vrijdag vervroegd uitspraak te doen.
J. werd echter niet vrijgelaten. Justitie in België heeft om haar uitlevering gevraagd. Ze wordt ervan verdacht betrokken te zijn bij de verdwijning van de 34–jarige Jacques Gerin.
Deze toenmalige vriend van J. is sinds 20 oktober 2002 vermist. Zolang de uitleveringprocedure loopt, blijft ze in hechtenis. In deze zaak wordt ook haar huidige vriend Marc C. (Castermans) verdacht. C. is in de moord op Leclaire de hoofdverdachte.
Volgens het Openbaar Ministerie staat het vast dat Leclaire op 8 en 9 februari vorig jaar door C. en Carlos S. (Santana) is gemarteld, gedood en begraven. Dat blijkt onder meer uit verklaringen van J. en twee getuigen die op 13 februari Leclaire dood in zijn huis aantroffen. Toen de politie vier dagen later op de hoogte werd gebracht en poolshoogte nam, was er geen lichaam meer.
De officier van justitie eiste vorige week veertien jaar gevangenisstraf tegen C. De 19–jarige Marlon K. (Kleynen) moet volgens hem vier jaar de gevangenis in voor zijn betrokkenheid bij het in brand steken van de woning van Leclaire. S. moet nog worden berecht. Hij zit in België vast voor een roofoverval.
De rechtbank doet op 20 februari uitspraak.