Het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) mag sinds begin vorige maand geen alcoholslotprogramma meer opleggen aan drankrijders. Het kabinet komt voor de zomer met een voorstel om in dit in andere vorm toch mogelijk te maken. Tot die tijd komt er een tussenoplossing.

Ongeveer 2300 betrapte bestuurders moeten zich bij het CBR melden voor een verplichte cursus over de risico’s van alcoholgebruik in het verkeer of voor een geschiktheidsonderzoek, dat ertoe kan leiden dat iemand niet meer mag rijden. Ook de naar schatting ruim 3500 nieuwe gevallen per jaar krijgen deze alternatieve sanctie opgelegd. Het OM zal er bij de vervolging rekening mee houden dat het alcoholslot niet kan worden opgelegd, waardoor de strafeis tegen drankrijders mogelijk omhooggaat.

Het alcoholslot is een startonderbreker die wordt ingebouwd in de auto. De bestuurder moet voor het starten in het apparaat blazen. De auto start niet als de bestuurder te veel heeft gedronken.

De Hoge Raad bepaalde vorige maand dat iemand die een alcoholslot opgelegd heeft gekregen, niet ook nog eens strafrechtelijk mag worden vervolgd. De Raad van State zette een dag later helemaal een streep door de sanctie. Volgens de hoogste bestuursrechter heeft het CBR door de te algemene wetgeving te weinig ruimte om een afweging te maken van de individuele gevolgen voor bestuurders. Sinds oktober werd het slot al niet meer opgelegd, in afwachting van het oordeel van de Raad van State.

Voor de 11.500 bestuurders die definitief een alcoholslot hadden gekregen, verandert er niets. Zij moeten hiermee doorgaan of raken hun rijbewijs tijdelijk kwijt als ze dat niet doen. Bij 500 bestuurders was het besluit nog niet onherroepelijk en moet dit worden teruggedraaid. Een deel van hen (135) was al bezig met het programma of is ermee klaar. Ze krijgen de kosten van het slot (4000 à 5000 euro) terug.