De inhoud van het beeld, een gemummificeerde monnik uit de twaalfde eeuw, werd al in 1997 ontdekt bij restauratie van het object. Nader onderzoek onder leiding van de Nederlander Erik Bruijn, gespecialiseerd in boeddhistische kunst en cultuur, gaf allerlei geheimen prijs, zoals de mogelijke doodsoorzaak van de monnik: een abces in z’n mond.

De verborgen mummie trok veel internationale media-aandacht, ook in China. Bewoners van het dorp Yangchun zagen het beeld op de staatstelevisie en trokken aan de bel. Het zou in 1995 zijn gestolen uit een tempel in hun gemeente.

De eigenaar, die onbekend wil blijven, kocht het beeld in 1996 van een collega-verzamelaar in Amsterdam. Die had het op zijn beurt verworven via een Chinees in Hong Kong.

Bruijn wil niet veel kwijt over de ophef rond de Boeddha. „Mijn rol is puur die van onderzoeker. Maar ik word nu door media uit de hele wereld benaderd over deze kwestie. Normaal verricht ik mijn werk in alle rust”, zegt Bruijn die verwijst naar een verklaring van de anonieme eigenaar. Die heeft inmiddels zijn eigendom teruggetrokken uit de reizende tentoonstelling, die momenteel te zien is in het Natuurhistorische Museum in de Hongaarse hoofdstad Boedapest.

De eigenaar zegt dat er veel onzin is verspreid over het beeld. „De verhalen rond het beeld zijn hopeloos verstrikt geraakt. De internethype heeft geresulteerd in een stortvloed van onzinnige opmerkingen, beschuldigingen en insinuaties”, aldus de kunstverzamelaar. Hij laat weten dat hij de ‘ontstane situatie kalm en kritisch’ zal evalueren.

Directeur Annabelle Birnie van het Drents Museum zegt in een reactie dat het museum alle protocollen heeft gevolgd die in de museumwereld gelden voor bruiklenen. Op de berichten dat het beeld ontvreemd zou zijn, wil ze niet reageren. „We lezen ook de kranten, maar hebben officieel daarover nog niets gehoord. Maar het is geen leuk idee dat het gestolen zou kunnen zijn”. Wie de eigenaar is, kan ze niet zeggen. De anonimiteit is vastgelegd in een van de protocollen.