Dat betekent dat Van der Steur als minister onder meer verantwoordelijk wordt voor de Nationale Politie, het Openbaar Ministerie, drugsbeleid, Voetbalwet, de bestrijding van terrorisme en de afhandeling van de ramp met vlucht MH17. Dat waren althans de taken van zijn voorganger Ivo Opstelten. Dijkhoff zou zich dan als staatssecretaris vooral bezighouden met asielzaken, het gevangeniswezen, boetes, het tbs-systeem, slachtofferbeleid en de rechtsbijstand.

De nieuwe VVD-bewindslieden vinden hun benoeming eervol en een grote verantwoordelijkheid. Ze bedankten hun voorgangers Opstelten en Fred Teeven, die anderhalve week geleden aftraden omdat Opstelten de Tweede Kamer verkeerd had geïnformeerd over de deal die Teeven als officier van justitie ooit sloot met een crimineel.

Van der Steur kijkt ernaar uit om met „tienduizenden mannen en vrouwen” in het land verder te werken aan onze rechtsstaat. Hij sprak „veel dank” uit aan Opstelten en Teeven, die „ontzettend goed werk” hebben gedaan. Hij wil dat ook „in die geest” voortzetten. Hij kent een aantal van de terreinen al goed, maar moet zich op veel andere nog „grondig” inwerken.

Ook Dijkhoff vindt het een mooie taak om zich bezig te houden met vrijheid en rechtvaardigheid, zei hij.