De Dow-Jonesindex stond tijdens de middaghandel 1,3 procent hoger op 18.188 punten. De bredere S&P 500 steeg 1,2 procent tot 2113 punten. De door technologiefondsen gedomineerde Nasdaq ging 0,8 procent vooruit tot 5040 punten.

Nike zag omzet en bedrijfsresultaat afgelopen kwartaal stijgen, ondanks tegenwerking van de sterkere dollar. De cijfers waren beter dan analisten in doorsnee hadden voorzien. Het aandeel won 4,7 procent en was daarmee veruit de sterkste stijger onder de hoofdfondsen.

Chipfabrikant Intel kwam met een koerswinst van 2,7 procent op de tweede plek, gevolgd door doe-het-zelfketen Home Depot die 2,3 procent meer waard werd. Onderaan stond zorgconcern UnitedHealth met een verlies van 0,8 procent. Het was daarmee de enige daler in de Dow.

Juweliersketen Tiffany profiteerde niet mee van het positieve beurssentiment. Het aandeel daalde meer dan 3 procent nadat het bedrijf teleurstellende verwachtingen had uitgesproken voor het eerste kwartaal.

De olieprijzen lieten een sterk herstel zien. Amerikaanse olie bracht op de termijnmarkt 5,1 procent meer op: 46,21 dollar per vat. De prijs van Brentolie steeg 1,1 procent tot 55,03 dollar per vat. De oliemaatschappijen Chevron en ExxonMobil kregen er op de beurs respectievelijk 2,2 en 1,1 procent bij.