Dat zegt de voorzitter van het Interprovinciaal Overleg (IPO), de commissaris van de Koning in Noord-Holland, Remkes, zaterdag in een interview met het Reformatorisch Dagblad.

Vorig jaar juni liepen de besprekingen over de samenvoeging van Noord-Holland, Utrecht en Flevoland tot de Noordvleugelprovincie spaak. Minister Plasterk van Binnenlandse Zaken kon geen overeenstemming met de provincies bereiken over de extra bevoegdheden die de Noordvleugelprovincie zou moeten krijgen.

De vier commissarissen denken na hoe ze „een volgend kabinet kunnen voorzien van informatie over een nieuwe herindeling. Ik kan daar niet verder over uitwijden, maar het denken op dit punt staat niet stil”, aldus Remkes.

Dat de plannen van Plasterk voor de vorming van een Noordvleugelprovincie zijn mislukt, komt volgens Remkes omdat de landelijke overheid uiteindelijk geen taken wilde overdragen aan het nieuw te vormen landsdeel.

Verder is draagvlak van onderop belangrijk. „De afgewezen plannen van Plasterk tonen aan dat sturing van bovenaf niet werkt.”

Daarom kiezen de commissarissen er nu voor om samen tot overeenstemming te komen en dan Den Haag erbij te betrekken.

Remkes: „Ik zit liever zelf aan de knoppen dan dat ik alles vanuit Den Haag over me heen laat komen.”