De parlementariërs van het Huis van Afgevaardigden en van de Senaat waren nogal geïrriteerd door deze arrogantie. Zij stuurden verschillende dagvaardingen naar Lay’s advocaat, Earl Silbert. Die liet dinsdag nog weten dat hij zijn cliënt „niet kon vinden.” Maar nu is er blijkbaar een eind gekomen aan dit kinderachtige verstoppertje spelen. Nadat Lay vandaag twee dagvaardingen had ontvangen, liet Silbert weten dat hij (Lay) bereid is volgende week voor de verschillende commissies te verschijnen.

Dat betekent overigens nog niet dat die commissies daar veel wijzer van worden. De vroegere Enron-chef kan namelijk een beroep doen op het vijfde amendement van de Amerikaanse grondwet. Dat zegt dat niemand gedwongen kan worden onder ede te getuigen als die getuigenis later tegen hem gebruikt kan worden. Verschillende andere oud-Enron-medewerkers, zoals voormalig financieel directeur Andrew Fastow, hebben al aangekondigd om op grond van dit amendement tegenover het Congres te zwijgen.

Dat was dinsdag niet het geval met Joseph Berardino, chef van het accountantsbedrijf Arthur Andersen, dat de twijfelachtige boekhouding van Enron jarenlang goedkeurde. Dat was volgens Berardino niet omdat Andersen-accountants hun werk niet goed gedaan zouden hebben, „maar omdat Enron ons documenten en informatie onthield.” De leden van de commissie financiën van het Huis van Afgevaardigden namen geen genoegen met deze uitvlucht. „Uw firma heeft het wanbeleid van Enron goedgekeurd en heeft daarna ook nog cruciale documenten vernietigd. U heeft daarmee de integriteit van uw bedrijf volledig ondermijnd”, aldus afgevaardigde Gary Ackerman tegenover Berardino.