Rutte somber over negeren uitgestoken hand
DEN HAAG (ANP). Premier en VVD-leider Mark Rutte wordt er niet vrolijk van dat sommige oppositiepartijen zijn oproep negeren om na de verkiezingen van volgende week te gaan samenwerken met het kabinet. Volgens hem zitten we middenin de „grootste verbouwing” sinds de Tweede Wereldoorlog en is het daarom het beste dat zoveel mogelijk partijen de herstelplannen steunen.
Dat stelde hij woensdag in het verkiezingsdebat van het televisieprogramma Pauw. Hij is vooral teleurgesteld in het CDA, waarvan partijleider Sybrand Buma opnieuw aangaf dat de oppositierol hem prima bevalt. Rutte zei dat hij daar somber van wordt. „Het CDA was altijd bereid verantwoordelijkheid te nemen en kiest nu voor de oppositie”, zei hij.
Emile Roemer (SP) heeft de uitgestoken hand van Rutte wel gezien. Maar vragen om VVD-beleid uit te voeren, is volgens hem „geen uitgestoken hand”. PVV-leider Geert Wilders zei dat er uitgezonderd zijn partij bijna geen oppositie meer is. Hij wees erop dat D66 en het CDA negen van de tien voorstellen van het kabinet hebben gesteund. „Al die partijen verkopen hun moeder nog voor de macht”, aldus Wilders. „Een stem op het CDA en op D66 is gewoon een stem op twee jaar doorgaan met het fnuikende beleid van Rutte.”
Het kabinet van VVD en PvdA heeft nu geen meerderheid in de Eerste Kamer. Maar met steun van de bevriende oppositiepartijen D66, ChristenUnie en SGP loodst de coalitie voorstellen door de Senaat. D66-leider Alexander Pechtold wil daar ook na de komende Provinciale Statenverkiezingen mee doorgaan. Bij een goede uitslag voor zijn partij wil hij wel meer gedaan krijgen van Rutte. „Meer zetels, meer invloed”, zei Pechtold. „Als je met ze praat, kun je zaken doen: lasten verminderen, of geld voor onderwijs binnenhalen”, zei hij over de samenwerking tot nu toe.
Wilders haalde uit naar PvdA-leider Diederik Samsom voor het kabinetsbeleid om jihadstrijders aan te pakken. Wilders vindt dat het kabinet jihadisten moet laten gaan, dat hun paspoorten moeten worden afgepakt en dat de grenzen dicht moeten. „Als dat niet gebeurt meneer Samsom, en er vindt hier een aanslag plaats, dan bent u daar medeverantwoordelijk voor.”