Op die vraag geven de drie auteurs van ”Eten voor je kind” een wetenschappelijk onderbouwd antwoord. Ze beginnen eigenlijk nog een stap eerder: voor de zwangerschap. „Door de verhalen in dit boek proberen we de aanstaande zwangere en de vader, de zwangere en de ouders van een jong kind uit te leggen waarom het belangrijk is, en ook de moeite loont, om aandacht te besteden aan wat ze in deze periode van hun leven eten. Dit is namelijk de periode waarin door eetgedrag de basis wordt gelegd voor de manier waarop het kind voedsel in zijn lichaam verwerkt en wat het lekker gaat vinden”, schrijven ze in de inleiding.

Het prettig leesbare boek is geschreven door mensen met verstand van zaken: Kees Boer, gepensioneerd gynaecoloog en voormalig universitair hoofddocent verloskunde van het AMC in Amsterdam, culinair auteur Annette van Ruitenburg en Régine Steegers, hoogleraar periconceptionele epidemiologie in het Erasmus MC in Rotterdam.

Ze raden te dikke vrouwen met een kinderwens aan om af te vallen. Niet alleen omdat dit de kans op een zwangerschap vergroot, het is ook beter voor de baby. „Het vermindert de kans dat het toekomstige kind later net zo veel moeite heeft om een gezond gewicht te behouden als de moeder.”

Verder wijzen ze op het belang van gevarieerd eten, zodat een peuter leert om gezond voedsel lekker te vinden. „Het kind is dan in de toekomst weerbaarder tegen de verlokkingen van wat de fastfoodindustrie aan niet altijd even gezond en verantwoord voedsel biedt.”

Ook benadrukken de auteurs het belang van foliumzuur voor een goede ontwikkeling van de foetus. Het lichaam maakt deze stof niet zelf aan; we moeten hem via onze voeding of in tabletvorm binnenkrijgen. „Het was in de vorige eeuw al geruime tijd opgevallen dat open hoofdjes (anencefalie) en open ruggetjes (spina bifida) vaker voorkwamen bij vrouwen die leefden in relatieve armoede en in bepaalde streken. (…) Helaas is ook gebleken dat nog steeds niet alle vrouwen vóór de zwangerschap foliumzuur slikken, en niet alleen de ongeveer 15 procent waarbij de zwangerschap niet gepland is.”

Achtergrondinformatie en interviews wisselen de schrijvers af met ruim zeventig recepten. Die bevatten veel groente en fruit, maar ook wel vlees en vis. Onder aan de beschrijving staan tips: of het gerecht beschikt is voor baby’s, welke kruiden spaarzamelijk moeten worden gebruikt bij peuters en op welke ingrediënten een kind kan reageren wanneer de moeder borstvoeding geeft.

Culinair auteur Annette van Ruitenburg geeft een praktische tip hoe ouders de smaakontwikkeling van hun kind kunnen stimuleren. „Vraag je een kind of iets lekker is, dan wordt lekker vaak geassocieerd met iets zoets, zoals ijs en pannenkoeken, of iets zouts, zoals chips.” Ze kunnen echter veel meer smaken herkennen. „Mijn advies is om eens niet aan je kind te vragen of iets lekker is, maar om te vragen wat het proeft, wat het ruikt, wat het in de mond voelt en wat het hoort tijdens het kauwen. Je zult merken dat je dan heel andere antwoorden krijgt. Dat heb ik geleerd in schoolprojecten, tijdens de kookles met kinderen van de basisschool. Opvallend was dat de meeste kinderen alles durfden te proeven, wanneer ze zelf kookten en samen aten.”

Boekgegevens

Eten voor je kind. Kook- en voedingsboek voor (aanstaande) zwangeren en jonge ouders, Kees Boer, 
Annette van Ruitenburg en Régine Steegers; uitg. Fontaine, Hilversum, 2014; ISBN 978 90 5956 518 0; 256 blz.; € 19,95.