Gelijkheidsdrijvers vliegen, door islam, uit de bocht
De islam brengt de wereld veel schade toe. Dat geldt allereerst de gewelddadige islam, zoals die zich in het Midden-Oosten en in Afrika manifesteert. In dat geval gaat het om direct toegebrachte, fysieke schade: moord en doodslag, marteling, verwoesting van gebouwen en bezit.
Daarnaast is er, in het vrije Westen, ook indirect toegebrachte schade. Alleen al de simpele aanwezigheid van grote groepen moslims geeft hier het debat over de vrijheid van godsdienst regelmatig bizarre trekjes. Want strak redenerend vanuit de gelijkheidsideologie vliegen veel hedendaagse politici in het discours over religie en rechtsstaat of links of rechts uit de bocht.
De ene variant zagen we recent optreden in Rotterdam. Vinden we islamitisch thuisonderwijs in verband met radicalisering gevaarlijk en ongewenst? Dan verbieden we toch álle thuisonderwijs? Daarvan zijn onder anderen orthodoxe christenen de dupe.
De tweede variant kwam eventjes aan bod in het RTL-debat, donderdagavond, tussen de partijleiders. Betuigde VVD-voorman Rutte steun aan zijn lokale partijgenoten die in Gouda op het punt staan de bouw van een megamoskee te blokkeren, D66-leider Pechtold ging aan de andere kant van de boot hangen. Nee, tegen de komst van zo’n moskee mag je je niet zomaar verzetten, vond, net als de D66’ers in Gouda, Pechtold. „Waarom zou één grote moskee erger zijn dan tien kleine? Rond Wageningen, waar ik woon, zijn heel veel grote kerken. Mogen die er dan soms ook niet zijn of komen?”
Van deze redenering –de omgekeerde van die bij het thuisonderwijs– is op indirecte wijze heel de samenleving de klos. Dít over één kam scheren van religies leidt er immers toe dat politici blind raken voor de gevaren van de radicale islam en zichzelf, als het om het bestrijden van extremisme gaat, vleugellam maken. Tegen een grote moskee mogen we niets doen, want… grote kerken laten we ook met rust.
Dé denkfout is bij dit alles het idee dat het hier om volstrekt gelijke entiteiten gaat. Zeker, een pony en een leeuw hebben overeenkomsten. Het zijn beide dieren, ze zijn ongeveer even groot, hebben allebei een staart en manen. Toch zijn er relevante verschillen. Vraag dat maar aan iemand die zich beurtelings met een van beide beesten in een afgesloten ruimte bevindt.
Op díé manier –zoals een leeuw en een pony– verhouden christendom en islam zich niet tot elkaar. Toch bestaan er ook tussen deze twee wereldgodsdiensten betekenisvolle verschillen. Theologisch gezien is er het diepe schisma dat de ene Jezus Christus belijdt als de Zoon van God, terwijl de andere met alle kracht bestrijdt en verwerpt dat Allah een zoon heeft.
Politiek relevant zijn vooral die verschillen die, net als bij pony en leeuw, te maken hebben met de mate van dreiging die er van hen uitgaat naar de buitenwereld. Die mate van dreiging is, in zijn algemeenheid gesproken, groter bij de volgelingen van de gewelddadige Mohammed dan bij de volgelingen van de Rabbi uit Nazareth, Die voortdurend predikte dat Zijn Koninkrijk niet van deze wereld is en alleen ontvangen kan worden door mensen met de gemoedsgesteldheid van een kind.
Jammer dat dergelijke ‘nuances’ nu juist die partij lijkt te ontgaan die vanaf haar oprichting pretendeert de partij van het redelijk alternatief en het genuanceerde denken te zijn.
Terwijl het toch niet zo moeilijk is. Om nog één keer de Goudse situatie te nemen: het bestuur van de (nog te bouwen) megamoskee haalde in het kader van fondsenwerving de extreme en radicale prediker Tarik ibn Ali, gelieerd aan Sharia4Belgium, naar de kaasstad. En lijkt nog steeds niet in te zien wat daar mis mee is.
De grootste ‘opstandigheid’ van de bestaande megakerken bestaat hierin dat een ouderling van een van deze Goudse kerken onlangs in deze krant ondeugend suggereerde om, om het op zondag passeren van de Tour de France te dwarsbomen, spijkers op de weg te strooien. Maar die deze optie nog in dezelfde zin, als zijnde beslist ongepast, verwierp…