Onlusten Nigeria ten einde
Bij de stammenstrijd tussen Hausa’s en Yoruba’s in de Nigeriaanse hoofdstad Lagos zijn de afgelopen vier dagen ruim honderd mensen omgekomen.
Zeker 430 gewonden zijn naar een ziekenhuis gebracht. Aan het eind van de dag kon het Nigeriaanse leger dinsdag een einde maken aan de onlusten. Dat meldde het Nigeriaanse Rode Kruis dinsdag.
Militairen en politieagenten zochten in Mushin naar deelnemers aan de rellen. Verdachten moesten op hun knieën zitten en werden onder bedreiging van een vuurwapen ondervraagd.
Hausa’s en Yoruba’s raakten dinsdagochtend slaags met elkaar in Mushin, een buitenwijk van Lagos. De meeste Nigerianen vluchtten uit de wijk, maar keerden toen het wat rustiger was geworden terug om hun bezittingen op te halen. Ze kregen van militairen het bevel onmiddellijk weer te vertrekken. Zo’n 3000 mensen ontvluchtten het vervallen district en zochten een onderkomen in een tijdelijk kamp, aldus het Rode Kruis.
De afgelopen dagen zijn minstens 55 mensen omgekomen bij stammentwisten in Nigeria. Diverse Nigeriaanse media en experts wijzen erop dat het etnische geweld de politieke tegenstanders van president Olusegun Obasanjo in de kaart speelt. Sommige waarnemers geloven zelfs dat het etnische geweld georkestreerd wordt door het leger, dat op een couppoging zou aansturen. Volgend jaar worden in het dichtst bevolkte land van Afrika opnieuw presidentsverkiezingen gehouden.
„Het geweld wordt aangewakkerd door sommige noordelijke leiders die president Obasanjo weg willen hebben omdat hij hun belangen niet genoeg dient”, zegt Gabriel Akindele, een politiek waarnemer in Lagos. „Ze hebben de bedoeling het land te destabiliseren en de weg vrij te maken voor een militaire coup.”
Concrete bewijzen tegen mogelijke aanstichters van de rellen zijn er voorlopig niet. De rellen tussen de etnische bevolkingsgroepen Yoruba’s en Hausa’s ontstonden zaterdag rond een moskee van Hausa’s in het noorden van Lagos toen een Yoruba-jongere daar zijn behoefte zou hebben gedaan. De Yoruba, waartoe de president behoort, zijn een bevolkingsgroep uit het overwegend christelijk-animistische zuiden. De Hausa’s behoren tot het overwegend islamitische noorden.
Het is wel duidelijk dat de president de steun van het overwegend islamitische noorden is kwijtgeraakt. In 1999 won Obasanjo de politieke steun van het noorden en daarmee de presidentsverkiezingen. Twee jaar later is zijn krediet meer dan op. Abubakar Rimi, de voormalige gouverneur van de noordelijke deelstaat Kano, vertrouwde ”Tell Magazine” vorige week toe dat hij bidt „dat iemand Obasanjo verwijdert, met welk middel dan ook: via de dood of via een coup. Hij heeft het noorden, dat hem aan de macht bracht, verraden.”
Sinds het aantreden van de regering in mei 1999 werden meer dan vijftien politici vermoord, onder wie de minister van Justitie. Het is niet duidelijk wat het aandeel van het leger daarin is.
Nigeria kent een rijke traditie van militaire coups. Sinds de onafhankelijkheid in 1960 werd het land bijna uitsluitend door militairen geregeerd. De verkiezing van Obasanjo leek het einde in te luiden van die periode. „Militaire coups behoren definitief tot het verleden”, verklaarde Bola Tinubu, de gouverneur van de deelstaat Lagos, vorige week nog. „Geen enkele militaire officier zou het nog in zijn hoofd halen de macht over te nemen van een democratisch verkozen regering.” Maar het einde van het politieke geweld is nog niet in zicht en steeds meer Nigerianen zijn de regering-Obasanjo liever kwijt dan rijk.
Het leger heeft in ieder geval veel van zijn krediet verloren bij de inwoners van Lagos. Meer dan 1000 mensen kwamen vorige week om toen een wapendepot van het leger de lucht in vloog. Een reeks explosies in de opslagplaats deed granaten en andere munitie belanden in een van de dichtst bevolkte wijken van Lagos. Een deel van de slachtoffers werd gedood door granaatscherven, anderen stierven de verdrinkingsdood toen ze in een kanaal sprongen om aan de vuurzee te ontsnappen.