Wilders: Rutte moet bij herdenking Armeense genocide zijn
ALMELO. Zowel premier Rutte als koning Willem-Alexander behoort de honderdste herdenking van de Armeense genocide, op 24 april in de Armeense hoofdstad Jerevan, bij te wonen.
Die oproep deed PVV-leider Wilders maandag in Almelo, waar hij een krans legde bij het monument ter nagedachtenis van de slachtoffers van de massamoord door de Jong-Turken op de Armeniërs in 1915. „De Armeense genocide is een inktzwarte bladzijde in de wereldgeschiedenis die altijd herdacht moet worden en nooit vergeten mag worden”, zei Wilders.
Rutte en de koning moeten er in Jerevan, vindt hij, bij zijn om de Nederlandse betrokkenheid te laten zien. „Toon uw respect en ga erheen en laat u niet tegenhouden uit angst voor de Turkse regering”, aldus de PVV-leider.
Door wie Nederland op 24 april in Jerevan vertegenwoordigd zal zijn, is nog niet duidelijk. Van andere landen staat al wel vast dat zij hoge vertegenwoordigers sturen. Zo zal de Franse president Hollande op 24 april bij de herdenking in Armenië aanwezig zijn.
Erkenning van de Armeense genocide ligt politiek gevoelig omdat Turkije al een eeuwlang ontkent dat er in 1915 van een volkerenmoord sprake was.
Wilders heeft zich tot nu toe in het openbaar nooit uitgelaten over de Armeense genocide. CDA, CU en SGP hebben zich in het verleden wel ingespannen om Nederland tot een helderder stellingname te dwingen. Zo diende voormalig CU-leider Rouvoet in 2004 een motie in die door de Kamer is aanvaard en die de regering oproept om in de dialoog met Turkije de erkenning van de Armeense genocide voortdurend en nadrukkelijk aan de orde te stellen.