Veenendaal krijgt watersnoodmonument
VEENENDAAL - Aan de Kerkewijk in Veenendaal zal een monument verrijzen ter herinnering aan de slachtoffers van de watersnood van 5 maart 1855. Op die datum begaf de Grebbedijk bij Wageningen het en stroomde het water van de Rijn de Gelderse Vallei binnen. Bijna heel Veenendaal liep onder water.plattekst rafelen (u20,1,0(De 100-jarige natuursteenhandel Buddingh zegde onlangs, toen hij het predikaat ”hofleverancier” kreeg toegekend, het natuurstenen monument toe aan de gemeente. Op het monument zullen de namen van de elf slachtoffers van de ramp worden vermeld.
Het monument, dat 2,70 meter hoog wordt en de waterstand van 1855 op die plaats aangeeft, komt te staan op de plaats waar tijdens de ramp een aak met daarin zes Veenendalers is gezonken. De bemanning verdronk. Enkele dagen later sloeg tijdens de evacuatie een andere aak om, waarbij vijf mensen omkwamen.
Bijna alle Veenendalers die in eerste instantie naar de Oude Kerk op de Markt waren gevlucht, werden ter voorkoming van het uitbreken van ziekten geëvacueerd naar de Geertekerk in Utrecht. Slechts enkele tientallen woningen die op de heuvel bij de Markt waren gelegen, bleven droog.
In die tijd hadden veel mensen in Veenendaal een aak, maar ze hadden er niet veel aan omdat de vaarten op 5 maart nog bedekt waren met ijs. Toen het water richting Veenendaal kwam, brak ook het ijs los en dreven er veel ijsschotsen rond. Mensen konden daardoor niet per boot vluchten. Veel inwoners moesten hun inmiddels volgeladen boot met huisraad achterlaten.
Koning Willem III bezocht rampgebied Veenendaal niet minder dan twee keer. De koning zorgde ervoor dat er een collecte en een inzameling van goederen voor de inwoners werd gehouden. Uit de opbrengst werden veel kosten van de ramp vergoed. Het duurde ongeveer twee maanden voordat Veenendaal weer geheel droog kwam te liggen. Intussen waren diverse huizen ingestort of zwaar beschadigd geraakt.