Binnenland

„Laat die kast even dicht; daar zitten vingerafdrukken op”

APELDOORN. Vingerafdrukken op het raam, bloed op de grond, maar ook een appel met een hap eruit: voor de politie zijn het belangrijke sporen, waarmee soms na jaren nog een woninginbraak kan worden opgelost. Met dank aan de DNA-bank.

Evert van Dijkhuizen
11 February 2015 20:30Gewijzigd op 15 November 2020 16:37
APELDOORN. De politie maakt bij het oplossen van woninginbraken steeds vaker gebruik van het vergelijken van DNA-materiaal van verdachten, in de hoop een treffer te scoren. beeld ANP
APELDOORN. De politie maakt bij het oplossen van woninginbraken steeds vaker gebruik van het vergelijken van DNA-materiaal van verdachten, in de hoop een treffer te scoren. beeld ANP

De politie Oost-Nederland maakte dinsdag bekend dat er dankzij DNA-matches zeventien woning­inbraken door het hele land zijn opgelost. Vijftien ervan dateren uit 2011.

„Dat we de verdachten na vier jaar nog oppakken, is bijzonder”, zegt Jan Hensen, die leidinggeeft aan het woninginbrakenteam van de politie op de Veluwe. „Het is voor ons de eerste keer dat het op deze manier lukt bij een serie inbraken. Bij enkelvoudige inbraken is het inmiddels een keer of tien op deze manier gegaan.”

Waarom wordt deze methode 
belangrijker?

„De tijd is voorbij dat we verdachten uitgebreid kunnen verhoren. De meesten beroepen zich op hun zwijgrecht. Uitgebreid technisch onderzoek is het alternatief. Na de inbraak stellen we sporen, zoals haren, bloed, vingerafdrukken of een verloren handschoen veilig. We slaan deze sporen op in een DNA-bank en kijken of er een treffer is met reeds bekende verdachten. Dat kan direct het geval zijn, maar soms duurt het een poos, omdat niet elke verdachte in het bestand zit.”

Lopen slachtoffers de kans onbedoeld sporen uit te wissen?

„Zeker, daarom is het belangrijk dat bij elke inbraak direct de politie wordt gebeld. Die zal altijd ter plaatse komen kijken en bepalen of sporenonderzoek nodig is. Zo ja, dan komt de technische recherche dezelfde dag nog, of uiterlijk de volgende. De politie geeft slachtoffers concrete aanwijzingen waar ze wel en niet aan mogen komen. Bijvoorbeeld: laat die kast even dicht, want daar zitten vingerafdrukken op. Vaak bevat het inklimraam, de plaats waar de inbreker naar binnen is gekomen, belangrijke sporen. Gevonden voorwerpen die van de inbreker zijn, worden DNA-proof veiliggesteld en meegenomen.”

Hoe reageren slachtoffers?

„Ze werken volledig mee. Woning­inbraken hebben een grote impact op de slachtoffers. De politie noemt ze: ”high impact crimes”. Bij de slachtoffers leeft sterk de gedachte dat de boef, hoe dan ook, gepakt moet worden.”

Heeft elk politiekorps toegang tot de DNA-bank?

„Nee, DNA-matches gaan altijd via het NFI: het Nederlands Forensisch Instituut. Dat heeft internationaal contacten met andere DNA-banken. In het geval van de zeventien recent opgeloste inbraken kregen we het signaal van de DNA-match van de politie uit Luxemburg.”

Wat doen woninginbrakenteams bij de politie?

„Niet veel anders dan rechercheren: intensief en tijdrovend werk. Bij het team waar ik leiding aan geef, zijn zeven collega’s fulltime met dit werk bezig.”

Wat adviseert u burgers?

„Vooral niet op Facebook zetten dat je een avondje weg bent of een week op vakantie gaat. Wij maken te vaak mee dat een inbraak niet toevallig is, maar dat de woning bewust is uitgekozen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer