Amsterdam naar rechter om besluit Stadsbank
AMSTERDAM (ANP). De gemeente Amsterdam is het niet eens met de nieuwe regels voor de hoofdstedelijke Stadsbank van Lening. Ze stapt daarom naar de rechter om het besluit van de Autoriteit Consument en Markt (ACM) aan te vechten. Die wil dat de stadsbank zich aan de nieuwe Pandhuiswet houdt, die onder meer zegt dat nieuwe klanten niet langer tussentijds rente mogen aflossen.
De maximale beleenperiode van een onderpand wordt daarom 27 maanden, terwijl die nu nog onbeperkt is. De gemeente verwacht dat hierdoor minder mensen hun spullen komen ophalen, wat weer leidt tot een hoger risico voor de stadsbank en minder geld voor het onderpand. „Niemand wordt hier beter van”, zegt verantwoordelijk wethouder Abdeluheb Choho. „De Stadsbank kan minder geld lenen aan haar klanten en moet onderpanden eerder veilen. Klanten hebben nu minder tijd om financieel weer op orde te komen en geld te sparen om dierbare eigendommen terug te halen.”
Gesprekken met de ACM en het ministerie van Economische Zaken hebben volgens de gemeente niets opgeleverd. Daarom stapt de gemeente nu naar de rechter. De ACM heeft inmiddels wel aangegeven de werking van het besluit op te schorten totdat er een uitspraak is.
De nieuwe Pandhuiswet is er sinds 1 juli 2014. Op 9 januari heeft de ACM besloten dat de Amsterdamse stadsbank zijn regels moet aanpassen. De stadsbank heeft bijna 40.000 actieve klanten. Van de beleende panden gaat het in 98 procent van de gevallen om sieraden. Onder de huidige regels wordt 95 procent hiervan weer opgehaald.