Vrijwilligster in Oost-Oekraïne: Sommigen zijn helemaal de weg kwijt
DONETSK. Duizenden mensen zijn het geweld in het oosten van Oekraïne ontvlucht. Een verslaggever van de BBC nam een kijkje in het oorlogsgebied. „Er is geen water, elektriciteit en telefoon in ons dorp.”
Vooral rond de stad Debaltseve wordt momenteel zwaar gevochten. Veel burgers proberen in Slavjansk te komen, dat onder controle van het regeringsleger staat. Maar ook daar kunnen ze niet blijven. Er is simpelweg te weinig ruimte om de vele ontheemden te bergen. De bevolking van Slavjansk is sinds juli vorig jaar met ruim 30 procent toegenomen.
Hulpverleners maken snel een kopie van de papieren van de vluchtelingen en stellen de ontheemden voor de keus: met de bus naar een nabijgelegen plaats of met de trein naar Kiev of Charkov, ver van het oorlogsgeweld vandaan.
De bussen die uit het oorlogsgebied komen voeren veelzeggend een bordje met ”Buiten dienst”. De chauffeurs praten niet graag over de gevaarvolle reis. En ook de passagiers zijn weinig spraakzaam. Maar stukje bij beetje komen de verhalen. Vier uur in de bus. Steeds opnieuw stoppen om dekking te zoeken.
Natalia komt uit Avdiivka, 20 kilometer ten noorden van Donetsk. „De afgelopen tien dagen was Avdiivka van de buitenwereld afgesneden”, vertelt ze. „Mensen zijn bang om in hun eigen auto te rijden, en soms mag het ook niet eens.”
Natalia wacht op de trein naar Rusland om zich daar bij familie te voegen. „Er is geen water, elektriciteit en telefoon in ons dorp. Alles in de winkels raakt op. Er wordt één keer in de week brood gebracht en dat is meteen ook weer op. De prijzen zijn omhooggeschoten.”
Svetlana komt ook uit Adviivka. Volgens haar is de lokale fabriek nog in bedrijf. „De arbeiders slapen en wonen daar. Er zijn schuilkelders. Terug naar huis gaan is gevaarlijk. De mensen proberen van de straat te blijven.”
Naast het treinstation in Slavkansk staat een grote tent om wachtenden enige bescherming tegen de wind en de koude te bieden. Vluchteling Olena kijkt naar binnen. Ze is teleurgesteld dat ze daar geen permanent onderdak kan krijgen. „We woonden in Yasynuvata. Ons appartement is verwoest, een treffer net boven ons. Wij zaten op de vijfde verdieping. Daar is nu geen dak meer.”
Psychologische hulp
Natalia Zolotaryova geeft als vrijwilligster psychologische hulp aan de ontheemden in Slavjansk. „Mensen hebben allerlei problemen. Bejaarde vrouwen hebben last van hoge bloeddruk. Van sommige mensen zijn de huizen of appartementen verwoest.
In Debaltseve was een aantal dagen geen brood. Er is allang geen stromend water meer; mensen hebben zich al een maand niet kunnen wassen. Sommigen zijn helemaal de weg kwijt. Als ik vraag: Waar ben je nu? Dan zeggen ze: Dat weet ik niet. Ik probeer ze zich te laten oriënteren. Ik houd hun handen vast tot ze weer een beetje tot zichzelf komen.”
Olena trok met haar tienerdochter en baby bij haar schoonmoeder in, maar ook daar wordt nu volop geschoten. Ze vluchtte een week geleden naar Slavjansk en woont nu bij familie. Maar die is daar qua woonruimte eigenlijk niet op berekend. „Een kamer in een pension kost tussen de 500 en de 600 hryvna (26 tot 31 euro) en ik heb een zoon van drie maanden oud. Hoe moet dat?”