Wankele stappen naar vrede in Zuid-Sudan
APELDOORN. De Zuid-Sudanese president Salva Kiir en zijn rivaal Riek Machar zetten gisteren hun handtekening onder het vierde akkoord in een jaar tijd. We gaan werken aan een regering van nationale eenheid, beloofden ze. Maar de vrede is er niet mee getekend.
De werkelijkheid bleek gisteren al snel weerbarstiger dan de lachende gezichten van de handenschuddende kemphanen deden vermoeden. De eerste berichten meldden gisterochtend dat er tussen de rivaliserende partijen een verdeelsleutel voor de ministersposten was afgesproken. Er zou bovendien beklonken zijn dat Salva Kiir president blijft en Machar weer vicepresident zou worden. Daarmee leken de partijen een mooi eind op weg naar de vrede.
Maar van die berichten werd al snel gehakt gemaakt. Een verdrag over machtsdeling? Nee hoor, liet Machar gistermiddag weten. We tekenden enkel een plan over een toekomstige regering. Over de posities van Kiir en Machar bleek ook nog niets afgesproken. Een finaal vredesverdrag zou nog in de maak zijn en uiterlijk op 5 maart getekend moeten worden.
De basis voor de besprekingen lijkt echter weinig solide. De leden van de Vredes- en Veiligheidsraad van de Afrikaanse Unie besloten vorige week een rapportage over de oorlog in Zuid-Sudan achter te houden omdat de inhoud het vredesproces in gevaar zou brengen. Het rapport, dat is opgesteld door een onderzoekscommissie van de Afrikaanse Unie, zou een gedetailleerde beschrijving bevatten van de misdaden die door de verschillende partijen zijn begaan en daarbij ook namen noemen.
Het besluit is om meerdere redenen problematisch. Regionale bemiddelaars hebben geregeld benadrukt dat de verantwoordelijken voor oorlogsmisdaden niet in een overgangsregering zitting mogen nemen. Maar dat valt met inhouding van het rapport niet te garanderen. Het betekent ook dat er van verzoening geen sprake kan zijn. Het rapport moest juist bijdragen aan een proces waarin verantwoordelijkheid genomen zou worden voor begane misdaden, waarna er verzoening plaats zou kunnen vinden.
Het hele vredesproces blijft daarmee uiterst wankel. De balans van de eind 2013 begonnen onlusten is intussen triest: 1,5 miljoen mensen zijn op de vlucht geslagen. De International Crisis Group schatte het aantal dodelijke slachtoffers eind november bovendien op zeker 50.000.
Het aanhoudende geweld valt terug te voeren op een machtsstrijd tussen Kiir en Machar. Hun persoonlijke rivaliteit mondde uit in een strijd tussen hun beide stammen, respectievelijk de Dinka’s en de Nuers. Een twitteraar vatte de aanleiding voor die trieste werkelijkheid giste- ren kort en bondig samen: „Waarom oorlog? Omdat twee mannen en hun trawanten uit zijn op de rijkdommen van Zuid-Sudan.”
Inmiddels zijn de strijdende partijen verder gefragmenteerd en allang niet meer allemaal onder gezag van Kiir en Machar. Ze hebben hun eigen agenda’s. Het tekent de diepte van de crisis in het jongste land ter wereld.