„Het Woord is vlees geworden.”

Het evangelie zegt niet: „Het vlees is Woord geworden.” Nee, het zegt: „Het Woord is vlees geworden” (Johannes 1:14). En het Woord is God, want God was het Woord (Johannes 1:1).

En wat is vlees anders dan mens? Want in Christus is het vlees van de mens is niet zonder ziel. Vandaar dat Hij zegt: „Mijn ziel is dodelijk bedroefd” (Mattheüs 26:38). Als het Woord dus God is, en de mens vlees, wat betekent: „het Woord is vlees geworden” (Johannes 1:14) dan anders dan: Hij Die God was, is mens geworden? En daardoor is Hij Die de Zoon van God was, de Zoon van de mens geworden. Hij deed dat door het lagere aan te nemen, niet door het betere te veranderen; door aan te nemen wat Hij niet was, niet door kwijt te raken wat Hij wel was.

Want hoe zouden we anders in de geloofsbelijdenis kunnen belijden dat we geloven in de Zoon van God, geboren uit de maagd Maria, als niet de Zoon van God, maar de Zoon van de mens is geboren uit de maagd Maria?

Aurelius Augustinus,
bisschop te Hippo

(”Preek 186”, 430)