Kerk & religie

Prof. Stoffels: Nederland blijft sterk religieus

De vraag is niet óf toekomstige generaties religieus zullen zijn, maar hóé zij religieus zullen zijn, vindt godsdienstsocioloog prof. dr. H. Stoffels. „De behoefte om zich in religieus verband te organiseren neemt af, maar de religiositeit is de laatste decennia eigenlijk niet gedaald.”

Kerkredactie
29 January 2004 11:01Gewijzigd op 14 November 2020 00:55

Prof. Stoffels sprak woensdag in Leeuwarden tijdens een VU-Podiumlezing over ”Religiositeit; tussen orthodox geloven en wilde devotie”. Uit landelijke steekproeven blijkt dat het aandeel van kerkelijken onder de Nederlandse bevolking inmiddels gedaald is tot onder de 40 procent. Weinigen in de huidige kerken zullen volgens de godsdienstsocioloog terugverlangen naar het isolement en de onwrikbare zekerheden van vroeger. „De behoefte om zich in een min of meer sektarisch en besloten geheel terug te trekken, is gering. Maar een al te grote vrijblijvendheid, die tot kerkverdamping leidt, is echter al evenmin een geslaagde optie. Wie op de markt voortdurend roept dat de klanten net zo goed elders hun boodschappen kunnen doen, maakt een wonderlijke indruk.”

In het algemeen kan gezegd worden dat de meerderheid van de Nederlanders zich in religieus opzicht ergens tussen de polen van enerzijds orthodoxie en anderzijds atheïsme bevindt. „Het merendeel van de Nederlanders kenmerkt zich door een zoekende vorm van bezig zijn met vragen van leven en dood, van lijden, van het kwaad, en dat kan bevredigend in zichzelf zijn. Het bezig zijn met de vragen is soms belangrijker dan het vinden van de antwoorden. En als je een antwoord gevonden hebt, kan dat even later alweer anders komen te liggen.”

De religiositeit is de laatste decennia eigenlijk niet gedaald. Zo’n tweederde van de bevolking noemt zichzelf op de een of andere manier gelovig, spreekt zijn geloof uit in het bestaan van God of een hogere macht en zegt dat het geloof in het eigen leven een min of meer belangrijke rol speelt. „Het is daarom ook onjuist om hier in termen van secularisatie te spreken. Persoonlijk denk ik niet dat religie ooit zal verdwijnen, ook niet uit Nederland. En misschien wordt religie wel een van de belangrijke thema’s van deze eeuw. Sterker nog: door de toegenomen zichtbaarheid van de islam in ons land en elders, met alle uitdagingen en spanningen van dien, staat het thema al hoog op de agenda.”

Onder jongeren lijkt er ook sprake van een zekere ontvankelijkheid voor diverse vormen van religiositeit. Wat Stoffels wel opvalt is dat hun religieuze overtuigingen en ervaringen zich langzamerhand zijn gaan loszingen van de kerkelijke of christelijke kaders. Zo is bijvoorbeeld het geloof in wonderen sterk aanwezig onder jongeren en jongvolwassenen. „Zij lijken de intellectuele schaamte voorbij. Ongeveer de helft van hen gelooft dat er heden ten dage religieuze wonderen gebeuren en dat sommige mensen wonderen kunnen doen. Tegelijkertijd is de kerkelijke betrokkenheid onder deze leeftijdsgroepen gering. Jongeren putten dikwijls uit zeer uiteenlopende bronnen en mixen van alles, zonder dat zij dat blijkbaar als storend of inconsequent ervaren.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer