Tong is een van de belangrijkste vissoorten voor de Nederlandse Noordzeevissers. Uit cijfers van de Internationale Raad voor Onderzoek der Zee (ICES) bleek eerder al dat de tong er goed voor staat. Toch adviseerde ICES vorige maand nog een verlaging van het tongquotum met 5 procent.

Na overleg met de visserijbranche zette staatssecretaris Dijksma (Economische Zaken) tijdens de visserijraad in Brussel in op een zogeheten roll-over (gelijkblijvend quotum). Zij heeft haar zin gekregen, maakte het ministerie dinsdagavond bekend. Ook de hoeveelheden op te vissen rog, tarbot, griet, tongschar, witje, schar, bot en zilversmelt blijven gelijk, evenals het aantal dagen dat er gevist mag worden, de zogeheten zeedagen.

Dijksma van Economische Zaken zegt in een reactie blij te zijn met de uitkomst. „Vissers hebben brood op de plank nodig. Tegelijk moeten we blijven werken aan een rijker en duurzaam visbestand in onze wateren. Dit akkoord laat zien dat een combinatie van ecologie en economie goed mogelijk is.”

De Nederlandse Vissersbond liet tegenover het ANP weten dat hij graag meer duidelijkheid had gezien over de zogeheten aanlandplicht, die met ingang van 2015 in stappen wordt ingevoerd. Vissers mogen straks geen jonge vis meer teruggooien in zee. Die vis is niet geschikt voor consumptie maar wordt wel van het quotum afgetrokken.

Redactie economie