Dat zei staatssecretaris Van Rijn (VWS) donderdag in de Tweede Kamer.

Dantumadiel mocht van de rechter de huishoudelijke hulp aan een hoogbejaard echtpaar die nog zou doorlopen tot en met oktober 2017 niet per 1 januari beëindigen, met als enige motivatie de komst van de nieuwe WMO. De gemeente had vooraf de persoonlijke leefomstandigheden van beide ouderen beter moeten laten meewegen.

De rechter beoordeelde de handelwijze van de gemeente met als maatstaf de oude WMO van 2007. Dantumadiel zou echter ook zijn teruggefloten wanneer de rechter de WMO 2015 alvast zou hebben toegepast, zo benadrukte Van Rijn vandaag. „In de WMO 2015 is het beginsel van de individuele afweging op basis van een zorgvuldig onderzoek juist nog steviger verankerd”, aldus de bewindsman.

Uit de nieuwe WMO volgt volgens Van Rijn verder dat gemeenten burgers die om huishoudelijke hulp vragen ook niet zomaar mogen doorsturen naar een algemene voorziening, zoals een was- en strijkservice, in de veronderstelling dat zo’n verwijzing wel volstaat. Elke aanvraag dient te worden gevolgd door het wettelijk voorgeschreven onderzoek „om een zorgvuldige afweging en besluitvorming voor de cliënt te waarborgen”, aldus Van Rijn.