Greenpeace betuigt op haar site spijt voor de actie, waarbij met spandoeken aandacht werd gevraagd voor de klimaatverandering. „Inwoners van Peru hebben laten weten het niet te waarderen dat Greenpeace-actievoerders op het terrein van dit erfgoed zijn geweest. Daarom biedt een delegatie van Greenpeace in Peru, die daar aanwezig is voor de klimaatconferentie, excuses aan voor het kwetsen van de gevoelens van de bevolking”, schrijft de organisatie. Greenpeace wijst er verder op dat „het erfgoed een gevoelig onderwerp is omdat er in het verleden plunderingen en mijnwerkzaamheden hebben plaatsgevonden”. Als gevolg daarvan zouden beschadigingen zijn ontstaan.

De Peruviaanse overheid dreigde de actievoerders het land niet uit te laten als ze geen excuses maakten. Minister van Cultuur Luiz Jaime Castillo reageerde boos op het achterlaten van de voetafdrukken. Hoewel er volgens de wet in het land maximaal zes jaar cel staat voor beschadigen van cultureel erfgoed, wil Castillo vooral dat de actievoerders verantwoordelijkheid dragen. „We willen niet iedereen in de gevangenis zetten, we willen dat de schade hersteld wordt. We zijn niet uit op wraak, maar op gerechtigheid”, sprak hij.

De overheid heeft evenwel een strafrechtelijk onderzoek aangekondigd naar de zaak. Greenpeace heeft gezegd samen met de overheid te willen beoordelen of er schade aan de historische plek is veroorzaakt. Verder worden foto’s van de spandoeken bij de Nazca-lijnen niet meer gebruikt. Deze week reist uitvoerend directeur van Greenpeace Kumi Naidoo af naar Peru om persoonlijk excuses te maken.

De Nazca-lijnen behoren tot het werelderfgoed van Unesco, en liggen verspreid over 450 vierkante meter woestijnlandschap in het zuiden van Peru.