Aartsbisdom Utrecht: van 300 naar 20 kerken
UTRECHT. Het aartsbisdom Utrecht van de Rooms-Katholieke Kerk zal over vijftien jaar niet meer dan zo’n twintig kerken tellen. Nu zijn dat er nog driehonderd.
Dat blijkt uit het dinsdag gepubliceerde document ”Het geloof in Christus vieren en verbreiden in het derde decennium van de 21ste eeuw”. Daarin blikt aartsbisschop dr. W. Eijk vooruit op voor parochies belangrijke ontwikkelingen.
De afgelopen jaren fuseerden honderden parochies binnen het aartsbisdom. Van de 326 parochies in 2007, bleven er in 2011 nog 48 over. De kerkgebouwen bleven in het algemeen behouden.
Het huidige aantal parochies en kerkgebouwen zal de komende tijd sterk afnemen, zo is in het document te lezen. „Het toekomstbeeld kan schokkend zijn voor wie gehecht is aan de oude kerkstructuren die in ons aartsbisdom voor een groot deel nog bestaan, maar in de komende jaren snel van het toneel zullen verdwijnen”, schrijft dr. Eijk. „We zijn hard op weg naar een aartsbisdom dat aan het einde van het derde decennium van deze eeuw minder dan de helft van het huidige aantal parochies zal tellen.”
Zondebok
Oorzaak van de krimp is de ontkerkelijking, veroorzaakt door de culturele omslag in de jaren zestig. „We kijken in de kerk op dit moment aan tegen de gevolgen van ontwikkelingen die zich zo’n kleine vijftig jaar geleden al hebben ingezet.”
Het heeft dan ook geen zin om zondebokken aan te wijzen voor de huidige situatie, vindt dr. Eijk. „Bijvoorbeeld de bisschoppen: doordat zij aan de leer en de liturgie van de kerk vasthouden, zouden de kerken zijn leeggestroomd. Als dat waar is, dan zouden kerken met liberalere opvattingen vol moeten zitten, maar dat is niet het geval.”
De parochie van de toekomst zal volgens de aartsbisschop een groot territorium beslaan en waarschijnlijk slechts over één kerkgebouw beschikken. Dat zou betekenen dat het aartsbisdom over vijftien jaar in totaal niet meer dan zo’n twintig kerken zal tellen. Daarnaast zijn er verschillende „eucharistische centra”, waar kerkleden terecht kunnen voor „de viering van de Eucharistie en de overige sacramenten.”
Waar het kerkgebouw letterlijk verder van huis komt te staan, zal ook het gezin steeds meer een „huiskerk” kunnen worden. Het gaat dan om plaatsen „waar samen gebeden wordt en het geloof gedeeld, bijvoorbeeld door op bijzondere wijze aandacht te schenken aan de christelijke feest- en gedenkdagen. Het zou mooi zijn als deze gezinnen dat ook met een ander of enkele anderen samen doen, bijvoorbeeld met mensen die alleen zijn.”
Zwaar weer
De Rooms-Katholieke Kerk in Nederland sprak vorig jaar de verwachting uit de komende tien jaar ruim duizend van de bijna 1600 kerkgebouwen te moeten sluiten. Het aantal rooms-katholieken in Nederland neemt af en daarmee ook de financiële buffers van de kerk.
De Rooms-Katholieke Kerk in Nederland telt zo’n 4 miljoen leden. Het aantal leden dat ’s zondags de kerk bezoekt, wordt geschat op zo’n 225.000.
Ook de Rooms-Katholieke Kerk in Vlaanderen verkeert in zwaar weer. In Vlaanderen zal het aantal parochies binnen enkele jaren worden teruggebracht van 1800 naar maximaal 400. Als gevolg daarvan zullen veel gebedshuizen definitief moeten sluiten. Net als in Nederland is de kerkgang onder rooms-katholieken in Vlaanderen laag. Zo’n 5 procent gaat wekelijks naar de kerk.